VS in beroep tegen WTO-veroordeling katoensubsidies

De Verenigde Staten hebben maandag bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO) beroep aangetekend tegen hun veroordeling voor de subsidies die ze toekennen aan hun katoenproducenten. Dat maakte een WTO-woordvoerder bekend. "Wij gaan helemaal niet akkoord met enkele aspecten van het rapport op basis waarvan we veroordeeld worden. De feiten tonen niet aan dat dat de Amerikaanse landbouwprogramma's een negatief effect hebben gehad op de handel en een prijsdaling voor katoen hebben veroorzaakt", aldus Robert Zoellick van het ministerie van Handel.

Eerder werd beslist dat de VS binnen een termijn van zes maanden hun subsidies moesten opschorten omdat ze de vastgestelde engagementen overschreden. Brazilië had al in juni klacht ingediend tegen de subsidies omdat die de internationale prijzen uitholden en de producenten bestraften. In normale omstandigheden moet de WTO binnen de drie maanden reageren op het beroep van de VS. Maar wegens de omvang van het dossier (het rapport telt 400 pagina's) kan het antwoord langer op zich laten wachten, aldus een diplomaat.

Volgens Oxfam dat opkomt voor derdewereldlanden, keren de VS elk jaar voor 3,2 miljard aan subsidies uit aan hun katoenproducenten, met nog eens extra 1,6 miljard aan uitvoerkredieten, wat door de WTO als illegaal werd bestempeld. Vorig jaar vroegen verschillende Afrikaanse landen op de WTO-conferentie in Cancun ook al aan de VS om de schaar te zetten in hun subsidies. Eind juli sloten Afrikanen en Amerikanen in Genève een intentie-akkoord af waarin de VS beloofden om hun subsidies terug te dringen. Volgens Oxfam biedt het akkoord geen enkele garantie dat de VS hun subsidies ook daadwerkelijk zullen verminderen of beëindigen.