Voedselagentschap start praktijkonderzoek bijensterfte

Het Voedselagentschap gaat bij 150 imkers de bijenkasten onderzoeken en nagaan welke factoren de terugkerende massale bijensterfte kunnen verklaren. Het gaat om een Europees onderzoeksproject waar 17 landen aan deelnemen, schrijft De Standaard. Als het proefproject meevalt, overweegt het agentschap een permanente monitoring.

In oktober begint het Voedselagentschap met een 'bewakingsprogramma' voor de Belgische bijen. Het onderzoek loopt samen met het lab Coda en de universiteiten van Gent en Luik. Het Voedselagentschap zal driemaal op bezoek gaan bij 150 geregistreerde imkers. Dat gebeurt een eerste keer in oktober, de tweede keer in de lente van volgend jaar en de laatste keer volgende zomer. Er worden zes bijenkasten uitgepikt voor het onderzoek.

De onderzoekers zullen nagaan in hoeverre er een besmetting is met de varroamijt, die als grootste boosdoener voor de sterfte wordt aangewezen. Ook vuilbroed, nosemose en de bijenkastkever staan op de checklist. Ze zullen ook virusziekten in kaart brengen. Dat moet toelaten om een goed beeld te krijgen van de sterfte onder bijenvolken. Die neemt al jaren dramatische proporties aan. Ieder voorjaar moeten imkers vaststellen dat de helft of meer van hun bijen de winter niet overleefd hebben. Een sterfte van 'amper' 30 procent wordt al als normaal beschouwd.