Vlaamse couveuseplantjes vinden hun weg over de hele wereld
ReportageDe kamerplantjes in Europese Ikea-filialen vinden onder meer hun oorsprong in Lochristi bij Denis-Plants dat dit jaar zijn vijftigste verjaardag viert. Het bedrijf brengt meer dan 800 soorten kamerplanten en vaste planten in een laboratorium tot leven en verkoopt de jonge planten na enkele maanden aan telers over heel Europa, maar ook in overzeese landen. “Corona heeft het imago van groen blijvend veranderd”, klinkt het hoopvol voor de toekomst.
Een werknemer van Denis-Plants in labokleding kijkt door een microscoop naar een plantje, een andere werknemer verplaatst een palletkar. We bevinden ons buiten het R&D-centrum van Denis-Plants in Lochristi, het historische hart van de Vlaamse sierteelt. We mogen niet naar binnen. “Binnen is een steriele werkomgeving, we kunnen het ons niet veroorloven om ziektes binnen te brengen”, vertelt Johan Vrancken, directeur van Denis-Plants.
In vitro vermeerdering: ziektevrij, homogeen maar duurder
In het R&D-centrum worden nieuwe inzetten gedaan van de moederplanten en worden beperkte in vitro stocks opgebouwd. Daarnaast fungeert het R&D-lab als onderzoekscentrum voor verdere protocoloptimalisering. De beperkte in vitro stocks worden op geregelde tijdstippen verstuurd naar partnerlabs in het buitenland, onder meer naar Vietnam. De gebeurt de feitelijke in vitro vermeerdering op grote schaal. In vitro vermeerdering is de vermeerdering van plantgoed in een laboratorium, waarbij de moederplant feitelijk gekloond wordt. Dit heeft zeer homogeen plantgoed tot gevolg, iets wat voor sommige teelten essentieel is.
“Daarnaast is het zo dat sommige planten zich moeilijk laten vermeerderen met zaad of door verstekking. Bovendien is in vitro plantmateriaal vrij van ziektes”, schets Vrancken nog wat voordelen van de vermeerdering in het laboratorium ten opzichte van de klassieke methode. Het is om deze reden dat sierteeltbedrijven de hogere kostprijs van in vitro plantgoed voor lief nemen.
Wij maken in feite van couveuseplanten babyplanten
Wekelijks worden enkele isomoboxen met in vitro plantgoed aangeleverd uit het buitenland. Deze weefselplantjes worden vervolgens in pluggen afgehard waarna ze als jongplanten verkocht worden aan siertelers in Europa en andere landen in de wereld. “Wij maken in feite van couveuseplanten babyplanten”, verklaart Vrancken het proces in simpele woorden.
Leiding overgedragen sinds 2022
Jaarlijst levert de vermeerderaar uit Lochristi op deze manier 12 miljoen jongplanten af. Het gaat om meer dan 800 variëteiten kamerplanten en vaste planten. De laatste jaren is het assortiment flink uitgebreid. In combinatie met opgevoerde verkoopinspanningen heeft dit geleid tot een groei van het bedrijf dat dit jaar zijn vijftigste verjaardag viert. Het bedrijf werd in 1975 opgericht door René Denis.
In 2022 gaven René en zijn echtgenote Solange Declercq de dagelijkse leiding door aan Johan Vrancken, die CEO en medeaandeelhouder werd. Samen met hun kinderen blijven de oprichters actief als medeaandeelhouder en lid van de Raad van Beheer.
Evolutie Vlaamse sierteelt
In een halve eeuw is de sierteelt in Vlaanderen sterk veranderd. Waar Lochristi ooit het epicentrum was van de mondiale azaleateelt, is deze plant in populariteit gedaald. Experts wijten de achteruitgang van de plant onder meer aan de opkomst van concurrerende kamerplanten.
Waar het aantal azaleatelers de voorbije decennia sterk gedaald is en Vlaamse siertelers zich toegelegd hebben op koude teelten, hebben Vlaamse vermeerderaars van warme kamerplanten zich wel opgewerkt tot mondiale spelers. Naast Denis-Plants is ook Deroose Plants een wereldspeler. Dit bedrijf vermeerdert de planten in China.
Hoge arbeidskosten leiden tot automatisering
Vrancken vertelt dat in vitro vermeerdering wegens arbeidskosten decennia geleden grotendeels vertrokken is uit Vlaanderen. Arbeidskosten en de beschikbaarheid van personeel zijn ook vandaag weer een uitdaging in de sierteelt. Denis-Plants, dat 30 mensen op de loonlijst heeft staan en op piekmomenten nog eens 30 seizoenwerkers, speelt hierop in met automatisering. Zo werden er het voorbije jaar twee verspeenrobots gekocht, machines die de binnenkomende couveuseplantjes in pluggen steekt.
Alhoewel de sierteelt, vooral de energie-intensieve sierteelt, enigszins onder druk staat door haar ecologische voetafdruk ziet Vrancken de toekomst rooskleurig in. “Corona heeft de interesse in groen blijvend geboost. Ook onder de jeugd zie je meer interesse in groen. Mijn kinderen zijn dit jaar gaan studeren en wonen op studentenkamers. In deze studentenhuizen zie je opvallend veel kamerplanten.” Ook wat betreft de voetafdruk is hij optimistisch. “Ik denk dat er op termijn duurzame technieken ontstaan waardoor we (deels) van het gas afkunnen.”