Vetsmelter Verkest loopt eerste keer tegen de lamp

Vader Julien en zoon Jan Verkest hebben een eerste veroordeling aan hun been. De twee werden net als de nv Verkest veroordeeld tot een boete van 4.957 euro, waarvan de helft met uitstel. De beklaagden moesten zich verantwoorden voor een resem milieu-inbreuken bij de vetsmelterij in de periode van 1995 tot 2000. De feiten zijn uiteraard verwant met de inbreuken die geleid hebben tot de dioxinecrisis, maar het openbaar ministerie verkoos toch om de zaken apart te behandelen.

Deze keer ging het in de eerste plaats om het niet juist afvoeren van motorolie, afkomstig van het wagenpark. Daarnaast was het lozingwater veel te zwaar vervuild, was er geen milieuverantwoordelijke aangesteld zoals de vergunning het vraagt, werd er geen afvalstoffenregister bijgehouden en stond er geen waarschuwingspaneel aan de ingang van de bedrijfsterreinen.

De verdediging ging ervan uit dat er niet al te lang gepleit moest worden omdat de feiten toch verjaard zouden zijn of minstens dat de vervolging na het verstrijken van de redelijke termijn is gekomen. De rechter ging daar dus niet op in en gaf hen elk een aanzienlijke boete. Opmerkelijk is dat de beklaagden ook beschuldigd werden voor het ontbreken van het naambord. Daar had de verdediging namelijk wel een uitleg voor gegeven. Die zou namelijk in brand gestoken zijn door boze Waalse boeren die meteen na de dioxinecrisis kwamen protesteren.(KS)