Veldvariabiliteit verwerkt in maatregelen nitraatresidu

Landbouwers op wiens percelen in het najaar van 2012 een te hoog nitraatresidu werd gemeten, moeten een pakket maatregelen in acht nemen dat strenger wordt naarmate de overschrijding groter is. Nadat een studie aan het licht bracht dat de veldvariabiliteit bij de metingen groter is dan tot dusver aangenomen, besloten het kabinet Leefmilieu en de Mestbank om rekening te houden met de werkelijke meetonzekerheid.

De Europese Commissie werd van de bevindingen van de wetenschappelijke studie op de hoogte gebracht. "Als gevolg daarvan worden de opgelegde pakketten met maatregelen herbekeken en waar nodig aangepast", schrijft Boer&Tuinder, het ledenblad van Boerenbond. De landbouworganisaties hadden reeds eerder aangegeven dat hun ervaringen op het terrein wezen op een grotere veldvariabiliteit bij metingen van het nitraatresidu.

In het huidige mestactieprogramma (MAP4) treedt een eerste set van begeleidende maatregelen in werking zodra de eerste drempelwaarde van het nitraatresidu overschreden wordt. Dit principe wordt behouden. Nieuw is dat men rekening houdt met de door wetenschappers van VITO bepaalde werkelijke meetonzekerheid vooraleer een ‘strenger’ pakket met maatregelen op te leggen.

Eerstdaags brengt de overheid landbouwers op de hoogte bij wie een verschuiving van het maatregelenpakket wordt vastgesteld. Ook de nitraatresidumetingen van de najaarscampagne 2013 zullen op deze wijze geëvalueerd worden.