Veehandelaars vechten betichtingen aan

De openbare aanklager zei dat de jongste van de twee zich schuldig maakte aan dierenmishandeling. Substituut Gilson vorderde voor deze handelaar "de toepassing van de strafwet, wetende dat de straf een maand tot drie jaar cel kan zijn". Het parket verwijt de oudste veehandelaar dat hij een rund aan een onbevoegd persoon toevertrouwde en vorderde voor hem een boete, die volgens de wet 26 euro tot duizend euro bedraagt.

Een veearts stelde op 15 november 2002 op de wekelijkse veemarkt van Ciney vast dat een koe slagen op het hoofd had gekregen. Ze zag dat het dier aan het oor bloedde en stelde proces-verbaal op. De jongste veehandelaar zei op het proces dat hij de koe enkel op het achterste sloeg om het dier in een vrachtwagen te drijven. De koe bloedde volgens hem omdat ze uitgegleden was en daarbij haar kop ergens tegen gestoten had.

De veearts zei op 2 september dat ze de man die de koe geslagen had, niet formeel kon identificeren omdat hij ongeveer 15 meter van haar af stond. "Toch vermeldde ze zijn naam in het pv", aldus advocaat Balleux van de handelaars. Op basis van contradicties in de verklaringen van de veearts pleitte hij de onontvankelijkheid van de rechtsvervolging van zijn cliënten.

De oudste van de twee veehandelaars werd in Luik al veroordeeld op het zogeheten Gaia-proces. De dierenrechtenorganisatie en haar Franstalige tegenhanger Animaux en Péril stelden zich op dit proces burgerlijke partij. Vonnis op 20 januari.