Vande Lanotte kraakt Europese landbouwsubsidies

Vande Lanotte kwam er over de financiële meerjarenplanning van de Unie praten. "Ik kan niet aanvaarden en ook niet argumenteren", aldus Vande Lanotte, "dat de landbouw systematisch subsidieerd mag worden, terwijl de Europese Commissie daar niet wil van weten voor bedrijven en gemeenschapsdiensten, zoals spoorwegen en post".

Het was de eerste keer dat Vande Lanotte zich publiekelijk over het even complexe als geladen dossier uitliet. Het was ook de eerste keer dat een topfiguur uit de federale regering de problematiek zo grondig uitspitte en ongezouten commentaar op de gang van zaken leverde. Bij momenten schoot de vice-premier immers met scherp. "De begroting van de Europese Unie is vooral in het verleden en het behoud van het bestaande geïnteresseerd".

Voor Vande Lanotte is het onaanvaardbaar dat de uitgaven van de Unie tijdens de periode 2007-2013 maximaal 1 procent van het bruto nationaal inkomen zouden bedragen. België verdedigt 1,15 procent, wat ongeveer het percentage is dat het EU-budget in 2006 zal halen. De 1 procent, die door een 6-tal lidstaten wordt verdedigd, zou tot gevolg hebben dat er volop in "concurrentie, groei en tewerkstelling" of in het cohesiebeleid moet gesnoeid worden. Immers, de landbouw blijft buiten schot. Onder Frans-Duitse druk werden de landbouwuitgaven in oktober 2002 vastgelegd, zodat er niet aan geraakt kan worden.

Vande Lanotte verzekerde dat België medestanders zoekt om toch op de landbouwuitgaven te besparen. "Het is onredelijk", aldus de vice-premier, "dat zoveel geld naar het verleden gaat en dit ten koste van het concurrentiebeleid". Volgens de minister wil de regering van de financiële meerjarenplanning een hefboom maken om de Europese industrie slagvaardiger te maken. Dat moet het ook mogelijk maken om de financiering van de sociale zekerheid, die vooral de ondernemingen handicapt, bedrijfsvriendelijker te maken. Kortom, heel nadrukkelijk gaf Vande Lanotte de Unie en de EU-begroting een strategische plaats in de alternatieve financiering van de sociale zekerheid.