Sannen wil doorgaan met vrijwillige afbouw veestapel

Vlaams minister van Landbouw Ludo Sannen wil dat de Vlaamse regering bij de begrotingsopmaak opnieuw geld uittrekt voor een voortzetting van de stopzettingsregeling voor veetelers. De stopzettingsregeling -de zogenaamde "warme sanering"- is bedoeld om de veestapel af te bouwen. Het is één van de pijlers van het beleid om het mestoverschot in te krimpen en zo de druk van de landbouw op het milieu te verminderen.

Veehoud(st)ers die laten weten hun bedrijf -of een tak ervan- te willen stopzetten, krijgen een vergoeding. Eind 2000 werd beslist drie jaar lang geld opzij te zetten voor de stopzettingsregeling. Het eerste jaar (2001) ging het om 25 miljoen euro. De twee daarop volgende jaren om het dubbele.

In 2001 en 2002 was de regeling beperkt tot de varkenshouders: bijna 1.000 onder hen maakten er toen gebruik van. De derde en in principe laatste inschrijvingsronde liep tot half juli dit jaar en stond ook open voor andere veehouders. In totaal dienden deze keer 1.174 Vlaamse varkens-, rundvee- en pluimveehouders een aanvraag in.

Als alle aanvragers ingaan op het vergoedingsvoorstel van de administratie telt Vlaanderen in 2004 43.874 runderen, 161.000 varkens en ruim 1 miljoen kippen minder. Door de afbouw van de veestapel zijn de mestoverschotten de voorbije drie jaren gedaald met 10 miljoen kilo stikstof en 4 miljoen kilo fosfaat.

"Momenteel kan nog geen definitieve evaluatie van de jongste stopzettingscampagne gemaakt worden. Dat is pas mogelijk als de ingediende aanvragen van 2003 ook werkelijk goedgekeurd zijn", antwoordt Sannen op een schriftelijke vraag van CD&V- parlementslid Jos De Meyer. Maar rekening houdend met de ingediende aanvragen en de respons van de verschillende sectoren, zegt de Agalev-minister er voorstander van te zijn om de warme sanering in de veehouderij verder te zetten. Dat standpunt gaat hij de komende dagen ook verdedigen bij de opmaak van de begroting.