Omwonenden positiever tegenover windmolens dan gedacht?
nieuws90 procent van de ondervraagden vindt groene energie nodig voor een beter milieu. 68 procent denkt spontaan aan windturbines. De burger kijkt positiever aan tegen windmolens naarmate hij er verder vanaf woont. Dat blijkt uit een enquête omtrent windmolens die werd uitgevoerd door Hogeschool West-Vlaanderen in opdracht van groenestroomproducent Electrawinds. Niet alle buurtbewoners zijn het eens met die bevindingen.
"We pikten er vier van de negen West-Vlaamse windmolenparken uit, gespreid over de provincie", zegt Luc Lefebvre, docent aan de Hogeschool West-Vlaanderen. "Studenten namen in een maand tijd 811 enquêtes af bij de omwonenden van de windmolenparken in Ieper, Brugge, Kortrijk en Izegem." Waar van de respondenten in Brugge, Kortrijk en Ieper ongeveer 60 procent aangaf vooraf al positief te staan tegenover de bouw, was dat in Izegem, waar de molens echt dicht bij de huizen ingeplant zijn, maar vier op de tien.
Opmerkelijk is dat na de bouw het aantal positieve reacties in de drie eerste steden met ongeveer 10 procent stijgt, in Izegem was dat slechts zes procent. Het aantal negatieve stemmen daarentegen steeg in Izegem met 5,5 procent tot 19,5 procent. Ook over een uitbreiding zijn de Izegemse meningen verdeeld, terwijl in de andere steden die verhouding overhelt naar uitbreiden.
"De houding ten opzichte van windmolens is beter dan gedacht", zegt Marleen Vanhecke van Electrawinds. Ongeveer 80 procent van de ondervraagden is immers overtuigd dat er meer windmolenparken mogen komen in Vlaanderen. Een logische uitkomst van het onderzoek is dat de ondervraagde positiever aankijkt tegenover windmolens naarmate hij er verder van woont.
De persoonlijke ervaring van de respondenten met de windmolens verschilt volgens Electrawinds van hun perceptie. 23,6 procent van de Izegemse ondervraagden zegt effectief hinder te ondervinden. In Ieper, Kortrijk en Brugge ligt dat cijfer op respectievelijk 6,9 procent, 16,6 procent en 4,6 procent.
Electrawinds geeft toe dat de drie parken met positieve resultaten zich eerder in industriezone bevinden, waar dat in Izegem dicht tegen woonwijken aanleunt. "In Izegem is de realiteit dan ook anders", reageert buurtbewoner Robert Nolf op de uitkomst van de studie. Nolf meent dat de enquête de bevolking moet wijsmaken dat windmolens gemeengoed geworden zijn en dat de overlast niet zo erg is.
"In de omgeving van de windmolens in Kachtem-Izegem hebben buurtbewoners veel last van slagschaduw. Ook de geluidsoverlast door de zoevende wieken en het geknars van de tandwielen in de radarkast is enorm storend", zegt Nolf. "Met die twee molens in de buurt, is natuurlijk ook de waarde van ons huis gedaald." Hij vraagt daarom dat de afstand van windmolens tot huizen zou vergroot worden van 250 tot 400 of 500 meter.
Een aanvraag voor twee extra molens in Kachtem kreeg van het stadsbestuur van Izegem enkele maanden geleden negatief advies. "Omdat we een herhaling van het vorige rampscenario willen vermijden. De twee molens die daar reeds staan, hebben veel buurtbewoners grijze haren bezorgd", besluit schepen van Milieu Nadia Staes (sp.a).
Bron: Het Laatste Nieuws