nieuws

"Mestverwerking onderdeel van veehouderij dankzij STIM"

nieuws
In maart loopt het onderzoeksproject ‘Stimulering Innovatieve Mestverwerking’ (STIM) ten einde. Met steun van de Vlaamse overheid, namen Boerenbond en Katholieke Hogeschool Roeselare in 2002 het initiatief om van STIM de katalysator te maken van de ontwikkeling van mestverwerking in Vlaanderen door kennis over te dragen en samenwerking te stimuleren.
25 februari 2011  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:14
Lees meer over:

In maart loopt het onderzoeksproject ‘Stimulering Innovatieve Mestverwerking’ (STIM) ten einde. Met steun van de Vlaamse overheid, namen Boerenbond en Katholieke Hogeschool Roeselare in 2002 het initiatief om van STIM de katalysator te maken van de ontwikkeling van mestverwerking in Vlaanderen door kennis over te dragen en samenwerking tussen landbouwers en mestverwerkers te stimuleren.

De landbouwsector had 10 jaar geleden een acuut mestprobleem. “Ten tijde van MAP2 werd bijna de helft van de gespecialiseerde bedrijven bedreigd met een 100 procent verwerkingsplicht”, herinnert Vanthemsche zich. “Via mestverwerking werd hiervoor een oplossing gezocht, maar de capaciteit bedroeg toen 20.000 ton terwijl de behoefte 2,4 miljoen ton was.” De mestverwerkingssector was een jonge sector die in het begin heel wat kinderziekten moest doorstaan. Om deze sector van dichtbij via projectmatig wetenschappelijk onderzoek te ondersteunen, te adviseren en te stimuleren, werd in 2002 een aanvraag ingediend voor het STIM-project.

De voornaamste taken die STIM in al die jaren op zich heeft genomen, zijn samen te vatten als volgt: het stimuleren, het doen accepteren en het effectief realiseren van de mestverwerking in de praktijk. Daarbij werd vooral gefocust op de mestverwerking op bedrijfsniveau, al dan niet in samenwerkingsverbanden. Landbouwers konden bij STIM terecht voor advies en begeleiding bij de implementatie van mestverwerking op het bedrijf. “STIM heeft heel wat initiatieven gelanceerd en zetelde mee in verschillende onderzoeksstuurgroepen omtrent mestverwerking”, weet Greta Rooms, opleidingscoördinator Agro- en Biotechnologie KATHO-HIVB.

STIM deed zelf heel wat onderzoek naar afzetmogelijkheden van eindproducten van de mestverwerking. Ook voor het onderwijs was STIM van groot belang want heel wat studenten liepen stage of maakten een eindwerk bij STIM of onder begeleiding van STIM. Daarnaast gaf STIM de KATHO heel wat uitstraling. Via de deelname aan landbouwbeurzen en via persartikels heeft STIM de landbouwers weten te informeren. Door praktijkgetuigenissen op studiedagen heeft men de sector kunnen overtuigen dat mestverwerking wel lukt.  “Voordien stonden veel landbouwers en de omgeving van een mestverwerkingsinstallatie immers sceptisch tegenover mestverwerking”, verklaart het STIM-team.

Door het organiseren van opendeurdagen op mestverwerkingsinstallaties kon ook het brede publiek bereikt worden. “Dit is zeer belangrijk in het kader van de communicatie met de burger”, beseft Luc Vansteelant, voorzitter van vzw De Mestverwerkers. STIM werkte dan ook graag mee om het 'not in my backyard'-syndroom te helpen oplossen. “Vandaag is een mestverwerkingsactiviteit immers een volwaardige professionele agrarische bedrijfsactiviteit geworden. Mestverwerking was iets nieuws, iets innovatiefs dat in de landbouwsector diende geïntroduceerd te worden, maar is ondertussen een geïntegreerd deel van de veehouderij geworden. De veeteeltsector moet immers sterke inspanningen doen voor het milieu om zijn imago en ‘licence to produce’ van de maatschappij te kunnen behouden voor de toekomst”, aldus Vansteelant.

Wetende dat STIM op termijn zou ophouden te bestaan, heeft de sector zich op vrijwillige basis georganiseerd in de belangenorganisatie De Mestverwerkers vzw. Wat de toekomst voor mestverwerkers zal brengen, is niet zo duidelijk. In zijn toespraak besloot Boerenbondvoorzitter Piet Vanthemsche met de vaststelling dat mestverwerking nog voor grote uitdagingen staat. “Het nieuwe mestactieplan zal het mestoverschot doen toenemen en het zal zaak zijn om te beschikken over voldoende mestverwerkingscapaciteit tegen een redelijke prijs”, zei Vanthemsche. “Er zal verdere innovatie nodig zijn en kwaliteitsbewaking in de mestverwerking om het imago van de sector hoog te houden”, aldus Vanthemsche. 

Bron: eigen verslaggeving/Boer&Tuinder

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek