Mestbeleid wordt effectiever en Mestbank efficiënter
nieuwsAan de landbouw- en milieuorganisaties is de nieuwe structuur van de Mestbank voorgesteld en werden de eerste bevindingen van de doorlichting van het mestbeleid toegelicht. Deze evaluatie is de eerste stap naar een effectiever en administratief eenvoudiger Mestdecreet. Bij de Mestbank komt er een duidelijkere scheiding tussen beleid, controle en advies.
Samen met de goedkeuring van MAP4 kondigden minister van Leefmilieu Joke Schauvliege en minister-president Kris Peeters, bevoegd voor Landbouw, vorig jaar een aantal flankerende maatregelen aan. Naast het leveren van talrijke inspanningen om boeren en tuinders beter te begeleiden bij het duurzaam bemesten, werd ook een reorganisatie van de Mestbank en een doorlichting van het huidig mestbeleid aangekondigd. Na maanden van intensief werk en overleg krijgen de resultaten vorm.
Om de waterkwaliteit in Vlaanderen verder te verbeteren en zo tegemoet te komen aan de Europese nitraatrichtlijn, heeft minister Schauvliege het voorbije jaar veel belang gehecht aan het partnerschap tussen de landbouwsector, de milieusector en de overheid. Een optimale organisatie en werking van de Mestbank is daarbij essentieel en een duidelijkere scheiding tussen beleid, controle en advisering noodzakelijk. Daarom tekende de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) een nieuwe structuur voor de Mestbank uit, die operationeel wordt op 1 april.
De dienst Kennis en Beleid en de dienst Bedrijfsadvies en Sensibilisering (BAS) worden voortaan ondergebracht onder de afdeling Platteland van de VLM, die in de toekomst Platteland en Mestbeleid zal noemen. De dienst BAS verzorgt de advisering en ondersteuning van de landbouwers, vooral vanuit de bedrijfsbenadering en het geheel van meststromen op het bedrijf en zal complementair werken met de voorlichting en advisering door de praktijkcentra op teeltniveau. De afdeling Mestbank, die weldra een andere naam krijgt, zal zich in de toekomst nog meer concentreren op de registratie van gegevens, de opvolging van de administratieve processen en op het toezicht op de mestwetgeving.
Minister Schauvliege vroeg de VLM een studie te laten uitvoeren die aanbevelingen formuleert voor het verhogen van de effectiviteit van het mestbeleid. Deze opdracht werd uitbesteed aan de K.U.Leuven. De eerste, voorlopige resultaten werden nu voorgesteld aan de landbouw- en milieuorganisaties. Onder meer op basis van deze resultaten zal minister Schauvliege een aantal wijzigingen voorstellen aan het Mestdecreet die leiden tot administratieve vereenvoudiging.
Hiervoor is een efficiënte samenwerking tussen de milieuadministratie (VLM) en de landbouwadministratie (ALV) een cruciale factor. Eind vorig jaar sloten VLM en ALV in dit kader een samenwerkingsprotocol af om de dienstverlening aan de land- en tuinbouwers nog efficiënter en eenvoudiger te maken. Het voorbereidend werk voor de uitbouw van een gemeenschappelijke loket voor landbouwers is reeds opgestart. Uit de resultaten van een enquête blijkt dat een meerderheid van de bevraagde boeren (70%) een gemeenschappelijk loket wenst. Daarom start men nu met het uitwerken van scenario’s voor de bouw van een gemeenschappelijke loket.
In afwachting van de uitbouw van een gemeenschappelijk loket dragen ook andere tools bij tot administratieve vereenvoudiging. Zo zullen vanaf 16 februari ALV en VLM bemestingsprognoses aanbieden aan de landbouwers bij het indienen van hun digitale verzamelaanvraag via het landbouwloket. Het concept is dat de landbouwer, nadat hij zijn verzamelaanvraag digitaal heeft ingevuld op het landbouwloket en na controle op de volledigheid ervan door het ALV, de mogelijkheid krijgt om een bemestingsprognoserapport voor 2012 op te vragen en te ontvangen via datzelfde landbouwloket van ALV.
Beeld: NTV