Mercosurlanden beperken grond in buitenlands bezit

De regeringen van Argentinië, Brazilië en Uruguay beginnen regels uit te vaardigen die de buitenlandse honger naar hun uitgestrekte landbouwpercelen moet intomen. De landbouwgronden zijn erg in trek bij landen die hun eigen voedselvoorziening willen verzekeren en bij investeerders die de grond als speculatief instrument zien.

Door de stijgende internationale voedselprijzen en door het gebrek aan alternatieven voor financiële investeringen wordt de laatste jaren steeds meer landbouwgrond gekocht in Argentinië, Brazilië en Uruguay. Volgens de Braziliaanse overheid is 4,5 miljoen hectare in buitenlandse handen, maar de regering geeft zelf toe dat dit mogelijk een zware onderschatting is en in werkelijkheid wel eens het dubbel zou kunnen zijn.

De linkse regeringen van Argentinië, Brazilië en Uruguay, die samen met Paraguay het Zuid-Amerikaanse handelsblok Mercosur vormen, willen de trend indijken. Geen van de drie landen maakt het buitenlandse investeerders helemaal onmogelijk grond te kopen of te huren, maar ze beperken de buitenlandse aanwezigheid wel.

In Brazilië geldt sinds eind vorig jaar een norm die nog slechts de verwerving van een minimale hoeveelheid grond door buitenlanders en Braziliaanse bedrijven met buitenlands kapitaal toestaat. Ze mogen ook niet meer dan een kwart van de grond in eenzelfde gemeente kopen of huren.

Argentinië en Uruguay bestuderen projecten die in dezelfde richting gaan. In Argentinië stuurde de regering van Cristina Fernández vorige maand een wetsontwerp naar het parlement. Dat beperkt de hoeveelheid grond in buitenlands bezit tot 20 procent van het nationale territorium en in productiegebieden mogen buitenlanders niet meer dan 1.000 hectare kopen.