"Meer natuur kan kust beschermen tegen superstormen"
nieuwsNatuurlijke beschermingsmaatregelen, zoals brede duinengordels, dynamische overstromingsgebieden en oesterriffen vormen de meest aangewezen bescherming tegen superstormen aan de Belgische kust. Dat staat te lezen in het ‘Kappaplan’ van Natuurpunt, dat een overzicht geeft van maatregelen om de kust voor te bereiden op de gevolgen van de klimaatverandering. Ook verzilting van landbouwgrond wordt aangepakt.
Alhoewel noodweer van alle tijden is, stijgt de kans erop wel als gevolg van de klimaatverandering. Tegen 2100 zal het zeepeil aan de Vlaamse kust 14 tot 93 cm hoger zijn. Op de studiedag 'Kust van nature' in Oostende bogen ingenieurs, historici, geografen, wetenschappers en natuurbeheerders zich over kustbescherming. Natuurpunt stelde er zijn 'Kappaplan' voor, als alternatief voor het Vlaamse Baaienplan waarmee de baggersector onze kust wil verdedigen tegen natuurgeweld.
De 67 kilometer lange Vlaamse kustlijn is helemaal niet voorbereid op zware stormen. "Ze is quasi helemaal volgebouwd en dat maakt de kust extra kwetsbaar", verklaart Natuurpunt. Vandaag bestaat de verdediging tegen de klimaatverandering voornamelijk uit het opspuiten van zand op de stranden. Daarmee wordt volgens de natuurvereniging volledig voorbijgegaan aan beloftevolle mogelijkheden om het karakter van onze kust te verbeteren en tegelijkertijd bescherming op te bouwen tegen de verandering van het klimaat.
"In het verleden gebruikten de kustbewoners low tech-oplossingen om de kust te beschermen", zegt Jasmin Lauwaert, klimaatspecialist bij Natuurpunt. "We kunnen daar veel van leren. De beste manier om ons voor te bereiden op de klimaatverandering is door gebruik te maken van de bescherming die de natuur ons biedt."
"Meer natuur vormt niet alleen een buffer voor superstormen en overstromingen, het zorgt ook voor een mooie, aantrekkelijke regio. Ideaal voor het toerisme", aldus Natuurpunt. Wat volgt, zijn een rist maatregelen. Een brede, dynamische duinengordel kan het achterland beschermen. Het zand moet dan wel kunnen stuiven, "waar een grote oppervlakte voor nodig is". Natuurpunt verdedigt dat door te wijzen op een extra voordeel: regenwater kan dan in de duinen in de bodem dringen en zo het zoetwaterreservoir voeden. Dat helpt het zout water van de zee tegenhouden, waar ook de landbouw van profiteert. Verzilting van de bodem is immers nefast voor de vruchtbaarheid van het land.
Ook kunnen structuren in zee gebruikt worden om ons te beschermen, zoals oesterriffen. Op langere termijn denkt Natuurpunt ook aan 'wisselpolders'. Dat betekent zoveel als een gebied tijdelijk blootstellen aan de getijdenwerking voor de berging van water en sediment. Wanneer het gebied voldoende opgehoogd is, kan dit gebied terug ingepolderd worden. Op die manier ontstaat een dynamisch proces van ontpoldering en inpoldering waarbij de gebruiksfuncties zoals natuur, recreatie en landbouw langzaam in tijd en ruimte verschuiven. "Dat gebeurt vandaag al in het Verdronken Land van Saeftinghe dat in 40 jaar door de getijwerking - die zand en slib aanvoert - 1,5 meter is gestegen", illustreert Natuurpunt.
Meer info: Kappaplan in beeld
Beeld: Haskoning