LEI: Telers industriegroenten nood aan schaalvergroting

De gemiddelde Nederlandse perceelgrootte voor erwten, bonen, wortelen en spinazie ligt onder de 5 hectare. Bij een toename van 3 hectare bedraagt het ketenvoordeel voor de vier groenten in totaal 5,5 miljoen euro per jaar. Dat becijferde het LEI in opdracht van de Vereniging van de Nederlandse Groenten- en Fruitverwerkende Industrie.

In Nederland worden jaarlijks 20.000 hectare industriegroenten geteeld maar de telersprijzen staan al enkele jaren onder druk. Bovendien kampen de groententelers met problemen rond gewasbeschermingsmiddelen en uitputting van de bodem. Daardoor blijven noodzakelijke investeringen achterwege.

Handelaars en verwerkers zien zich geconfronteerd met buitenlandse concurrentie en minimale marges als gevolg van scherpe prijsstellingen door supermarktketens. Om die concurrentieslag te overleven, zoekt de groenteverwerkende sector ruimte in verlaging van de ketenkosten, aldus de Nederlandse onderzoekers.

Om hieraan te verhelpen heeft de Vereniging van de Nederlandse Groenten- en Fruitindustrie het LEI opdracht gegeven om de productiekost in beeld te brengen. Het onderzoek beperkt zich tot de vier grootste gewassen voor verwerkte groenten: erwten, sperziebonen, wortelen en spinazie.

De hoge ketenkost is vooral te herleiden tot de kleinschaligheid van de Nederlandse productie, zo blijkt uit het onderzoek. De gemiddelde perceelgrootte ligt onder de 5 hectare en dan nemen de kosten voor teeltbegeleiding, oogst en logistiek snel toe.

Voor een gezonde productie moeten er minder maar grotere percelen komen. Ook zouden er grotere arealen moeten komen per oogstmachine, een verdere optimalisering van de oogstwerkzaamheden en kleinere transportafstanden. Naast die optimalisering pleit ook de helft van de handelaars en verwerkers voor herstructurering, waarbij activiteiten samengevoegd worden en de krachten gebundeld.

Aan telerszijde is het vertrouwen in de keten niet echt groot. Veel groentenkwekers vinden dat ze onvoldoende worden beloond voor kwaliteit en risico. Ook dat kan beter. Daarnaast wensen ze meer transparantie over de kwaliteitsbepaling en meer communicatie over de planning en uitvoering van oogstwerkzaamheden.

Meer informatie: Rapport 'Naar een sterke grondstofketen voor verwerkte groenten'