nieuws

Lamy: "Vrijhandel brengt voedsel waar het nodig is"

nieuws
"Om de prijzen van de voedingsproducten te milderen, moet het aanbod worden aangepast aan de vraag. Handel kan hier een bijdrage leveren". Dit zegt Pascal Lamy, directeur-generaal van de Wereldhandelsorganisatie. "Zambia importeert slechts 4 procent van zijn graanconsumptie, Cambodja slechts 5 procent. Dat die landen zo kwetsbaar zijn voor de stijging van de voedselprijzen, is dus niet door hun integratie in de internationale handel. Het is omdat ze 100 procent van hun olie invoeren, en door de stijging van de olieprijs verarmd zijn".
9 juni 2008  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:04
"Om de prijzen van de voedingsproducten te milderen, moet het aanbod worden aangepast aan de vraag. Handel kan hier een bijdrage leveren". Dit zegt Pascal Lamy, directeur-generaal van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). In rijke en arme landen kwamen de afgelopen maanden opnieuw protectionistische oprispingen naar boven, maar Lamy ziet het nut er helemaal niet van in. "Het vrijmaken en vergemakkelijken van handel kan de productiecapaciteit van ontwikkelingslanden verstevigen, en hen zo minder kwetsbaar maken".

Lamy ondersteunt zijn pleidooi met cijfers. "Van de 22 landen die volgens de FAO het meest geraakt worden door de hoge voedselprijzen, zijn er enkele die behoren tot die landen die qua landbouw het minst geïntegreerd zijn in de internationale handel. Zambia importeert slechts 4 procent van zijn graanconsumptie, Cambodja slechts 5 procent. Dat die landen zo kwetsbaar zijn voor de stijging van de voedselprijzen, is dus niet door hun integratie in de internationale handel. Het is omdat ze 100 procent van hun olie invoeren, en door de stijging van de olieprijs verarmd zijn".

"Internationale handel kan de voedseltekorten milderen door de levensmiddelen te brengen waar ze nodig zijn. De handel verhoogt de effectiviteit door de productie te verplaatsen naar die landen die het grootste comparatief voordeel hebben. Door een intensere en eerlijkere concurrentie kan internationale handel helpen de prijzen te verlagen", luidt het. Volgens Lamy komt dat ook het milieu ten goede. "Als Egypte zelfvoorzienend wil worden voor voedsel, zou het water moeten invoeren. Als de landen uit het Noorden hun landbouwproductie willen opvoeren via serreteelt, zou hun CO2-uitstoot de al complexe klimaatonderhandelingen verder bemoeilijken".

Lamy citeert de FAO die stelt dat de landbouwproductie nog kan stijgen. "De productie kan het stijgingsritme van de vraag naar voedingsproducten volgen. Maar om het mondiale evenwicht tussen vraag en aanbod te vertalen naar evenwichten op nationaal niveau, moeten de talrijke handelsbelemmeringen en -verstoringen worden aangepakt". En dat is nu net waar de WTO aan werkt in de Doha-ronde, zegt Lamy. Succes in de Doharonde zou toelaten "de landbouwsubsidies te verminderen die de handel verstoren en de productiecapaciteit in de ontwikkelingslanden schaden".

Succes in de Doha-ronde zou ook "de douanetarieven verlagen en zo de consumenten meer toegang geven tot voedselproducten dankzij een verlaging van de prijzen". Doha kan ook verhinderen dat exporttarieven worden verhoogd, waardoor producerende landen hamsteren en de tekorten in andere landen stijgen. "Het handelssysteem van de WTO is gebaseerd op regels en is een belangrijke bron van economische stabiliteit voor regeringen, bedrijven en consumenten". Lamy geeft wel toe dat het verlagen van onrechtvaardige obstakels in de handel slechts deel kan zijn van een oplossing. "Het is noodzakelijk de productiecapaciteit in de ontwikkelingslanden te versterken".(KS)

Bron: De Tijd

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek