Glastuinbouwsector bezorgd en verontwaardigd over klimaatakkoord

De bekendmaking van het Vlaamse klimaatakkoord heeft onzekerheid en verontwaardiging teweeg gebracht in de glastuinbouwsector. In de plannen is opgenomen dat de subsidies voor warmtekrachtkoppelingen vanaf 2023 op de schop gaan. Experts uit de sector wijzen erop dat de details nog niet bekend zijn, maar dat de afhankelijkheid van de groente- en sierteelt van WKK’s erg groot is.

8 november 2021  – Laatst bijgewerkt om 9 november 2021 9:23
aardbeienserre-rafquirijnen-nieuweserre-1250

“Als de WKK-subsidie wegvalt, krijgt de glastuinbouw zware klappen. Dan zal het niet meer rendabel zijn om tomaten, komkommers, aubergines en paprika’s te telen in Vlaanderen en zullen ook veel bloementelers de deuren moeten sluiten. Deze producten zullen dan uit andere landen gehaald moeten worden en de vraag is wat de impact daarvan op het klimaat is”, vertelt Didier Algoet, paprikateler uit Duffel.

Algoet was in 1998 één van de eerste Belgische glastuinbouwers die een warmtekrachtkoppeling (WKK) installeerde. Deze installaties wekken elektriciteit op bij de verbranding van gas. De restwarmte en CO2 die bij dit proces vrijkomen, worden enerzijds gebruikt voor de verwarming van de serre en anderzijds om de groei van de planten te bevorderen.

Op de website van de Vlaamse overheid staat over WKK's het volgende: “Door deze activiteiten te combineren bespaart u heel wat energie. De Vlaamse overheid stimuleert deze toepassing in de vorm van steun”. Deze steun bestaat uit energiecertificaten en zijn een belangrijke inkomstenbron voor de glastuinbouw.

Didier Algoet (2)

Als de WKK-subsidie wegvalt, krijgt de glastuinbouw zware klappen.

Didier Algoet - paprikateler uit Duffel

Als het aan de Belgische overheid ligt, zal de tekst op de website veranderen. In de klimaatplannen van de Vlaamse overheid is opgenomen dat de steun voor WKK’s wordt teruggeschroefd vanaf 2023. “Maar geldt dat voor nieuwe installaties of voor bestaande installaties? En welke alternatieven worden er geboden? Dat is allemaal nog niet duidelijk”, vertelt Diane Schoonhoven, expert energie bij Boerenbond. “We verwachten dat de maatregelen in goed overleg met de sector worden ingevuld, in combinatie met een bijbehorend ondersteuningsbeleid, waardoor bedrijven die maatregelen nemen hierin bijgestaan worden.”

WKK

In Nederland actieve zoektocht naar alternatieven

Schoonhoven geeft aan dat er in Vlaanderen met een schuin oog gekeken wordt naar Nederland. Bij onze Noorderburen is het energiegebruik onder glas al langer onderwerp van een discussie waarbij de sector en overheid samenwerken en de overheid de sector ook ondersteunt in de zoektocht naar alternatieven, onder meer via het programma Kas als Energiebron.  

Het gebruik van biomassa, geothermie en samenwerking met de industrie voor de uitwisseling van warmte zijn pistes die onderzocht worden. Ook wordt er gekeken naar manieren om de energieconsumptie terug te schroeven. “Op dit moment lopen er meer dan twintig projecten alleen al op het gebied van geothermie”, vertelt Dennis Medema, specialist energie bij koepelorganisatie Glastuinbouw Nederland. Volgens Medema zijn er al glastuinbouwbedrijven in Nederland die niet langer gas gebruiken. “Je hebt een aantal phalaenopsis telers die werken met een combinatie van warmtepompen en warmteopslag in de grond”, geeft hij als voorbeeld.

In tegenstelling tot Vlaanderen ontvangen Nederlandse telers geen WKK-subsidie en wordt er al jaren onderzoek gedaan naar alternatieve energiebronnen.

Dennis Medema - Glastuinbouw Nederland

Vlaamse onderzoek naar alternatieven loopt achter

In Vlaanderen staat de ontwikkeling van alternatieve energiebronnen nog op een laag pitje. Medema verklaart dit onder andere door de subsidieregeling. “Doordat er in Nederland geen subsidies zijn op WKK-installaties, is men al langer actief aan het zoeken naar alternatieven.” Ook  loopt Vlaanderen tegen barrières aan die in Nederland minder spelen. Zo is geothermie alleen een optie in de Kempen en zouden alleen de serres in het noorden van Antwerpen hiervan kunnen profiteren. Schoonhoven: “Dit heeft de maken met de diepte waarin thermisch energie opgewekt kan worden. Alleen in de Kempen is dat praktisch haalbaar.”

Wat betreft het warmtenet heeft de Vlaamse glastuinbouw het nadeel dat bedrijven zich vaak op het platteland bevinden en de industrie ergens anders gelegen is. Hierdoor zijn lange buizen nodig om de verschillende sectoren aan elkaar te koppelen. Ook de spreiding van de serres over heel Vlaanderen – in tegenstelling tot de Nederlandse clusters – maakt de situatie er niet makkelijker op.

MIROM verbrandingsoven_Gabel_Roeselare3

Restwarmte van afvalverbrandingsoven in Roeselare

Een Vlaamse project dat in dit opzicht vooruit loopt, is de ‘glastuinbouwzone’ in Roeselare. De stad Roeselare, afvalverwerker MIROM en REO Veiling werken er samen in een warmtenetproject. De restwarme die in de afvalverbrandingsoven van MIROM vrijkomt, wordt met ondergrondse buizen naar de glastuinbouwzone geleid. Hier zijn twee tomatentelers aangesloten op het warmtenet.

Eén van deze tomatentelers is Tuur Galle die in maart vorig jaar de productie opstartte in een gloednieuwe serre van tien hectare. Tussen de 15 en 20 procent van zijn energiebehoefte betrekt het serrebedrijf van MIROM. Deze afname kan tijdens koude dagen toenemen. "Het is mogelijk dat we dit aandeel in de toekomst iets kunnen laten stijgen, maar onze WKK zal nog steeds onmisbaar zijn”, benadrukt de teler die eveneens geschrokken is van het voorlopige klimaatplan.

Verontwaardiging naast bezorgdheid

Behalve bezorgdheid klinkt er in de glastuinbouw vooral ook verontwaardiging. Behalve energievoorziening voor de serres dragen de WKK’s bij Vlaamse tuinbouwers ook bij aan de nationale energievoorziening. Er staat ongeveer voor 485 mW aan vermogen bij deze tuinbouwers en een derde van de opgewekte stroom belandt op het centrale net. “En wie gaat dat gat opvangen als er geen elektriciteit meer opgewekt gaat worden uit de verbranding van gas”, vraagt Galle zich af. Hij wijst naar de grote energieleveranciers die ook elektriciteit opwekken in gascentrales.

“En als de kerncentrales tegen 2025 moeten sluiten, neemt het electriteitsaanbod verder af. En daarbij moeten in de toekomst alle auto’s elektrisch gaan rijden waardoor de vraag naar elektriciteit juist verder zal toenemen”, voegt Algoet toe. Hij hoopt dat de politiek tot inkeer komt en bij de verdere uitwerking van de plannen de telers ook in gedachten houdt. “Jarenlang was lokale productie de oplossing voor een lage klimaatvoetprint. Als de serreproductie zou verschuiven naar warmere landen, zou dat zeker geen verbetering van de klimaatimpact betekenen. Daar hebben ze bijvoorbeeld watertekorten en komt er ook bij het transport CO2 vrij.”

Bron: Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek