nieuws

Faalt het mestbeleid of is het op de goede weg?

nieuws
Zoals te verwachten viel, komt er vanuit het middenveld reactie op het waterjaarverslag van de Vlaamse Milieumaatschappij. In landbouwgebied is er in 21 procent van de meetpunten een overschrijding van de nitraatnorm. Dat is een status quo in vergelijking met vorig jaar, wat de landbouwsector vanwege Natuurpunt op een “stilstaan is achteruitgaan” komt te staan. De natuurorganisatie gelooft niet dat het vijfde mestactieprogramma opgewassen is tegen de zware taak om de komende drie jaar evenveel vooruitgang te boeken als de voorbije acht jaar. ABS en Boerenbond, wiens leden aan den lijve ervaren dat MAP5 geen lachertje is, spreken tegen dat het mestbeleid faalt.
27 september 2015  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:23
Lees meer over:

Zoals te verwachten viel, komt er vanuit het middenveld reactie op het waterjaarverslag van de Vlaamse Milieumaatschappij. In landbouwgebied is er in 21 procent van de meetpunten een overschrijding van de nitraatnorm. Dat is een status quo in vergelijking met vorig jaar, wat de landbouwsector vanwege Natuurpunt op een “stilstaan is achteruitgaan” komt te staan. De natuurorganisatie gelooft niet dat het vijfde mestactieprogramma opgewassen is tegen de zware taak om de komende drie jaar evenveel vooruitgang te boeken als de voorbije acht jaar. ABS en Boerenbond, wiens leden aan den lijve ervaren dat MAP5 geen lachertje is, spreken tegen dat het mestbeleid faalt.

Natuurpunt leest in het jaarlijks rapport van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) over de waterkwaliteit twee aanbevelingen: blijven investeren in de zuivering van huishoudelijk afvalwater en het mestbeleid vernieuwen. Beleidsmedewerker Freek Verdonckt: “De extra inspanningen in waterzuivering en extra riolering zijn een ‘work in progress’. Die werken lopen nu al enkele decennia en renderen daar ook naar. Een performant mestbeleid blijkt een ander paar mouwen. Het vierde mestactieplan (2011-2014) hoorde dat te zijn, maar kon de verwachtingen niet inlossen.”

In het meetjaar 2012-2013 daalde het aantal MAP-meetpunten met een overschrijding van de nitraatnorm van 26 naar 21 procent. Ondanks deze forse verbetering werd de door Europa opgelegde doelstelling voor 2014, maximum 16 procent meetpunten met een overschrijding, niet gehaald. Het voorbije ‘winterjaar’ 2013-2014 is de waterkwaliteit niet meer verbeterd, maar komen we opnieuw uit op 21 procent meetpunten met een overschrijding. Natuurpunt beschouwt de resultaten voor 2014 niet als een ‘status quo’ maar als een duidelijke achteruitgang. Het wijst op een falend mestbeleid dat de voorbije jaren wel het laaghangend fruit heeft geplukt, maar de échte uitdagingen voor zich uit blijft schuiven.

De slechtste resultaten worden geboekt waar de concentratie aan vee het grootst is. Natuurpunt ziet een frappante ruimtelijke correlatie tussen slechte meetpunten en een hoge concentratie aan intensieve veeteelt. Volgens Freek Verdonckt deelt de milieuadministratie die analyse. “Het Leiebekken, IJzerbekken en Maasbekken blijven met 41, 38 en 37 procent meetpuntoverschrijdingen zeer ver verwijderd van de doelstelling voor 2018 (5%). Alleen ontbreekt het tot nu toe aan politieke moed om daar ook beleidsconclusies uit te trekken.” De slechte cijfers uit het waterrapport mogen daar wat hem betreft verandering in brengen.

De Europese Commissie verwacht dat de vooropgestelde doelen voor nitraat en fosfaat tegen 2018 zonder uitstel gehaald worden. Dit betekent dat de komende drie jaar evenveel vooruitgang moet geboekt worden als de voorbije acht jaar. Volgens Natuurpunt is het vijfde mestactieplan absoluut niet opgewassen tegen deze taak. De landbouworganisaties zijn de laatsten om te beweren dat de doelstelling voor 2018 een makkelijke opdracht is, maar het zint hen niet dat Natuurpunt doet alsof MAP 5 een lachertje is. ABS-woordvoerder Guy Depraetere: “Alleen al door het grote aantal zelf te bekostigen staalnemingen is MAP 5 een zware dobber voor landbouwers. We zijn op de goede weg en ik geloof dat verdere verbetering nog altijd mogelijk is.”

Een erg strenge maar logische aanpak, zo beschrijft Depraetere MAP 5. Logisch, omdat de generieke aanpak verlaten wordt en een bedrijfs- en gebiedsgerichte aanpak in de plaats komt. “De overheid viseert focusbedrijven waar op het einde van het groeiseizoen hoge nitraatresidu’s gemeten worden. Je mag er van op aan dat die bedrijfsleiders hun uiterste best zullen doen om aan het statuut ‘focusbedrijf’ te ontsnappen. En de enkele landbouwers die het anno 2015 nog altijd niet nauw nemen met de bemesting zullen met de vernieuwde aanpak komen bovendrijven.” Wat Natuurpunt volgens Depraetere uit het oog verliest, of strategisch verzwijgt, is dat mestbeleid geen wiskunde is. “Mocht dat wel zo zijn, dan zou minder bemesten zich altijd vertalen in een betere waterkwaliteit.” Boeren bemesten almaar minder én beter. Als de dalende trend in de nitraatcijfers eens een jaar onderbroken wordt, dan komt dat volgens ABS-woordvoerder Guy Depraetere door de grillen van het weer.

Toon De Keukelaere, de dossierbeheerder mestbeleid bij Boerenbond, valt Depraetere bij: “Afgelopen winter waren de meetresultaten tot eind december heel goed. Door de grote neerslaghoeveelheden in januari steeg het aantal overschrijdingen. Er zijn dus weersinvloeden maar dat doet geen afbreuk aan het feit dat er minder bemest en meer mest verwerkt wordt. De Vlaamse mestbalans is in evenwicht dus Natuurpunt moet de schuld niet bij de hoge veedichtheid in bepaalde regio’s leggen.” Ook hij vindt dat de aanpak in MAP 4 en MAP 5 niet te onderschatten is. “De waterkwaliteit evolueert positief, het afgelopen jaar was er geen verdere verbetering maar evenmin een verslechtering. Bovendien moet je verder kijken dan het aantal meetpunten met een overschrijding. Er is een evolutie naar meer meetpunten met één of een klein aantal overschrijdingen. Deze trend zet zich gestaag verder.

Zowel ABS als Boerenbond wijzen op de weg die is afgelegd. Eerder herinnerde ook Vlaams minister Joke Schauvliege er aan dat we komen van 53 procent meetpunten met één of meerdere overschrijdingen van de drempelwaarde. In amper vijftien jaar tijd is dat dus gedaald naar 21 procent. “Dat verder doen dalen naar vijf procent in 2018 wordt een lastige opdracht maar we zullen er alles aan doen om daarin te slagen”, belooft De Keukelaere. Eenzelfde geluid bij Depraetere, al maakt die laatste zich wel zorgen over de variabiliteit in de meetresultaten – naarmate de eindstreep nadert, zou dat een onfaire spelbreker kunnen zijn – en over ongunstig weer dat de inspanningen van landbouwers kan maskeren.

“En wat fosfor betreft”, besluit Toon De Keukelaere van Boerenbond, “weet iedereen dat het een verhaal van lange adem is. Wetenschappers erkennen dat het resultaat van de huidige inspanningen in het water pas zichtbaar wordt over 10, 20 tot zelfs 30 jaar. Dat we goed bezig zijn met ‘fosfaatontmijning’ bewijzen het voortgangsrapport over de toestand van de Vlaamse akkers en weiden van de Bodemkundige Dienst en een studie door RUGENT in opdracht van VMM over de nutriëntenstromen in Vlaanderen.”

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek