Europese ombudsman noemt Mercosur-akkoord "slecht bestuur"

O'Reilly boog zich over een klacht van vijf ngo's die de Commissie verweten dat de handelsonderhandelingen met het handelsblok van Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay in juni 2019 werden afgerond zonder een geüpdatete beoordeling van de potentiële economische, ecologische en sociale gevolgen. Ze opende in juli vorig jaar een onderzoek en ze laat nu weten dat de klagers gelijk hebben.

"De Europese Commissie had moeten aantonen dat ze de potentiële impact op het milieu en andere zaken helemaal in rekening had gebracht vooraleer het akkoord werd gesloten", concludeert O'Reilly. "Een handelsakkoord afsluiten vooraleer de potentiële impact volledig is onderzocht, dreigt de Europese waarden en het publieke debat over de verdiensten van het akkoord te ondermijnen. Het riskeert ook de mogelijkheden voor een omvattend debat in het Europese parlement en de nationale parlementen te verminderen", waarschuwt O'Reilly.

De ombudsman stelt vast dat de EU zich op deze manier blootstelt aan “de kritiek dat het niet alle bekommernissen ernstig neemt”. Dat zou volgens haar de perceptie van het akkoord kunnen beïnvloeden wanneer de tekst moet worden geratificeerd in het Europees Parlement en de lidstaten.

Het lot van het handelsakkoord met Mercosur is onzeker. Na liefst 20 jaar onderhandelen werd de deal in 2019 beklonken, maar de tekst stuit op heel wat protest in de landbouwsector en bij milieuorganisaties, die de ontbossing van het Amazonewoud in Brazilië aanklagen. Ook verscheidene regeringen hebben al protest aangetekend. Om het akkoord overeind te houden, probeert de Commissie momenteel bijkomende engagementen van Brazilië te bekomen.