Europees geld voor agro-voedingssector is op

De agro-voedingssector omvat de verwerkende sectoren in de voedingsketen zoals melkerijen, slachterijen en groentenverwerkende bedrijven. Om te voldoen aan sanitaire, milieukundige en dierenwelzijnseisen en om de verwerking en de afzet van land- en tuinbouwproducten te verbeteren, kunnen ze steun aanvragen.

Vroeger was voor hun deelsector een aparte enveloppe voorzien. Sinds '99 zit het budget voor de agro-voedingssector in het Programma Plattelandsontwikkeling. België krijgt hiervoor een globale enveloppe. Het is aan de gewesten om het geld te verdelen. Om Europese steun te krijgen moet de lokale overheid wel 5 procent basissteun voorzien.

Voor de periode 2000-2006 werd voor de Vlaamse agro voedingssector 15,7 miljoen euro uitgetrokken. Ter vergelijking: in 1994-1999 was dat nog 36 miljoen euro. Na de eerste investeringsronde werd in juni 2002 beslist om 17,4 miljoen euro aan steun toe te kennen aan investeringsprojecten. Dat was dus meer dan het voorziene budget.

Binnen de administratie werd 1,7 miljoen euro verschoven om alle projecten te kunnen betoelagen. "Maar nu is al het geld echt helemaal op. Een tweede investeringsronde kan dus niet meer", zegt Gilbert Van den Bremt, afdelingshoofd Ondersteuningsbeleid. En toch zijn nog nieuwe investeringen noodzakelijk op het vlak van milieuzorg en kwaliteitsbewaking. Ook zijn er nog deelsectoren die tijdens de eerste investeringsronde onvoldoende aan bod kwamen.

Van den Bremt gaat in het najaar met de agro-voedingssector rond de tafel zitten om uit te maken waar de precieze noden nog liggen. Bedoeling is met een gefundeerd dossier naar het kabinet van Vlaams minister van Landbouw, Ludo Sannen, te stappen om meer geld te vragen. "Als er geen bijkomende middelen komen, blijft de sector tot 2007 verstoken van steun", luidt het.

Lees meer over de voorstelling van het ALT-jaarverslag 2002: 16/7/03: Administratieve lasten voor rundveehouders gedaald 16/7/03: Meer dan duizend producenten van hoeveproducten