header.home link

Europees akkoord over hogere emissiereducties in wegvervoer, gebouwen en landbouw

Onderhandelaars van het Europees Parlement en de EU-lidstaten hebben dinsdagavond laat een akkoord bereikt over ambitieuzere doelstellingen voor de reductie van broeikasgasemissies in het wegvervoer, de verwarming van gebouwen, de landbouw, kleine industriële installaties en het afvalbeheer.

9 november 2022  – Laatste update 9 november 2022 21:22
Lees meer over:

Over de hele Europese Unie moet de uitstoot door deze sectoren – de zogenaamde niet-ETS-sectoren - tegen 2030 met minstens 40 procent verminderd worden (tegenover 29 procent vandaag), terwijl voor België de reductiedoelstelling wordt opgetrokken van 35 procent naar 47 procent.

Het akkoord past binnen de inspanningen van de Europese Unie om haar totale uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met minstens 55 procent te verminderen in vergelijking met 1990 en tegen 2050 klimaatneutraal te worden. De sectoren waarvoor nu hogere doelstellingen zijn afgesproken, zijn goed voor ongeveer 60 procent van alle emissies in de EU en vallen buiten het emissiehandelssysteem (ETS). Brandstoffen voor de transportsector en verwarming van gebouwen zullen over enkele jaren wél onder een nieuw ETS-stelsel vallen, maar die twee sectoren hebben dan ook nog een hele weg af te leggen.

"Ik ben blij dat we nog tijdens de COP27-klimaatconferentie een akkoord over dit voorstel konden bereiken", zegt de Tsjechische minister van Leefmilieu Marian Jurecka, die namens de lidstaten de onderhandelingen voerde. "Het geeft de Europese Unie de kans aan de wereld te tonen dat het haar menens is haar emissies te beperken zoals bij de ondertekening van het akkoord van Parijs overeengekomen is."

De hoofdonderhandelaar van het Europees Parlement, de Zweedse Jessica Polfjärd (EVP), is dan weer tevreden dat alle lidstaten zullen moeten bijdragen aan de ambitieuzere reductiedoelstellingen en dat "achterpoortjes gesloten worden". Voor alle landen wordt namelijk de target opgetrokken, van 10 procent voor Bulgarije, over 47 procent voor België, tot 50 procent voor Duitsland. Telkens is 2005 het referentiejaar.

Omdat een volledig op welvaart (bbp per capita) gebaseerde reductiedoelstelling volgens verschillende landen te duur zou zijn, was kostenefficiëntie een belangrijk criterium bij het aanpassen van de streefcijfers. Dat de transitie naar een duurzame economie eerlijk en sociaal rechtvaardig moet blijven, was het voornaamste uitgangspunt.

Om hun doelstellingen te halen, zullen de lidstaten de emissieruimte die ze hebben efficiënt kunnen inzetten - al is dat niet onbeperkt. Zo zullen rechten tussen lidstaten verhandeld kunnen worden en zullen individuele lidstaten rechten kunnen aanspreken van het daaropvolgende kalenderjaar (wanneer hun uitstoot te hoog uitvalt) of rechten opsparen (wanneer ze hun emissierechten niet opmaken). De bestaande aanvullende reserve, waaruit lidstaten onder voorwaarden extra rechten kunnen halen, wordt dan weer afgeschaft.

Het politieke akkoord moet nu nog formeel worden goedgekeurd door het Parlement en de lidstaten.

Bron: Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek