nieuws

DNA-databank voor runderen is stille dood gestorven

nieuws
De DNA-databank voor runderen, die na een grootschalige fraudezaak in 2005 in het vooruitzicht werd gesteld, is een stille dood gestorven. De technologie is voorhanden, maar de kosten om van elk dier een staal te stockeren bleken te groot. Dat bevestigt het Voedselagentschap. “België telt om en bij de drie miljoen runderen”, zegt woordvoerster Lieve Busschots. “Het zou bijzonder veel kosten om van elk dier permanent een staal te bewaren. Bovendien was de sector tegen het initiatief gekant omdat ze onvermijdelijk een deel van de kosten zou moeten dragen”.
30 juli 2008  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:04
De DNA-databank voor runderen, die na een grootschalige fraudezaak in 2005 in het vooruitzicht werd gesteld, is een stille dood gestorven. De technologie is voorhanden, maar de kosten om van elk dier een staal te stockeren bleken te groot. Dat bevestigt het Voedselagentschap. “België telt om en bij de drie miljoen runderen”, zegt woordvoerster Lieve Busschots. “Het zou bijzonder veel kosten om van elk dier permanent een staal te bewaren. Bovendien was de sector tegen het initiatief gekant omdat ze onvermijdelijk een deel van de kosten zou moeten dragen”.

In 2005 werden twee veehandelaars betrapt op een grootschalige fraude met de oormerken van runderen. Ze kochten minderwaardige dieren op en lieten ze sterven van de honger of sloegen ze dood. Niet geregistreerde runderen - veelal gestolen dieren - kregen op die manier de identiteit van de gestorven dieren. Zo kwam hun vlees illegaal op de markt. De fraude was mogelijk omdat runderen enkel worden geïdentificeerd aan de hand van een nummer.

Daarom richtte de regering een speciale cel op die de mogelijkheid van een DNA-databank moest onderzoeken. Een dergelijke databank zou haartjes van de dieren of stukjes weefsel bewaren, zodat de identiteit van het rund gekoppeld is aan zijn DNA. Identiteitswissels worden op die manier onmogelijk. Maar hoewel de technologie voor de verzameling van het benodigde DNA voorhanden is, heeft het Voedselagentschap het plan begraven omwillen van de hoge kostprijs.

De firma Allflex, wereldleider in het aanbrengen van oormerken, heeft nochtans een systeem ontwikkeld waarbij het stukje weefsel dat uit het oor wordt geperforeerd, kan worden bewaard. “Momenteel gebruiken wij dat weefsel enkel om te testen op ziekten”, zegt Johan De Meulemeester van Allflex. “Het is echter een kleine stap om het ook te gebruiken voor de stockering van DNA”. Allflex gaf enkele maanden geleden een demonstratie aan het Voedselagentschap, maar daar werd besloten om het voorlopig toch bij de traditionele oormerken te houden.(GL)

Bron: Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek