Dewael: "Uitvoering Lambertmont op schema"

André-Emiel Bogaert (Spirit) vroeg naar de precieze stand van zaken in de uitvoering van de communautaire Lambermontakkoorden. Volgens hem staat de federale werkgroep niet garant voor een vlugge uitvoering van de wettelijke akkoorden. Sonja Becq (CD&V) vroeg naar de stand van zaken van het samenwerkingsakkoord inzake de plantentuin van Meise.

Dewael antwoordde dat de centrale werkgroep aangevuld met vier subwerkgroepen voor landbouw, binnenlandse zaken, buitenlandse handel en financiën waarin de Vlaamse regering telkens vertegenwoordigd is een goede werkmethode is en dat een eigen Vlaamse werkgroep niet aan de orde is.

De minister-president wees erop dat de uitvoering van bijzondere wetgeving altijd tijd in beslag neemt. Dat is ook zo voor de Lambermontakkoorden, al vermeldde Dewael twee knelpunten.

Zo is er het negatieve advies van de Raad van State over de BIRB (het interventie- en restitutiebureau inzake landbouw) waarin de gewesten volgens de RvS geen dominante rol mogen spelen. Ten tweede is er de pensioenlast van de Belgische Dienst voor Buitenlandse Handel (BDBH). Het deficit terzake wordt geraamd op 12,5 tot 25 miljoen euro, maar de gewesten kunnen dat bedrag niet overnemen. Er zijn bijkomende garanties nodig dat de federale regering dat doet, aldus Dewael.

Wat het samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse en de Franse gemeenschap inzake de plantentuin van Meise betreft, zei Dewael dat hij op 28 januari een brief naar zijn Franstalige ambtgenoot Hervé Hasquin heeft geschreven met de vraag tot ondertekening over te gaan. Het samenwerkingsakkoord werd in maart van vorig jaar door het overlegcomité goedgekeurd.

Lees ook: Regionalisering blijkt complexe klus