"Consument niet gebaat bij maximumprijs voor energie"

Electrabel heeft ongeveer 75 procent van de energieproductie in ons land in handen. De enige andere producent is SPE. De vorige regering had echter met Electrabel afgesproken dat de onderneming tegen juli 2007 capaciteit moest afstaan aan een derde speler. Volgens Van Quickenborne is dat niet gebeurd. "Aangezien er weinig beweging zit in het dossier, is het tijd voor actie", klinkt het. "Want er is absoluut meer concurrentie nodig op de markt van energieproductie".

De minister wil Electrabel met name een 'vermijdbare heffing' opleggen van 5 procent op de omzet. Het prijskaartje voor de energieproducent zou zo oplopen tot 750 miljoen euro. Dat geld wil de minister onder meer gebruiken om de elektriciteit- en gasfactuur van de gezinnen en bedrijven naar beneden te krijgen.

Minister van energie Paul Magnette (PS) wil daar nog een schepje bovenop doen. Hij meent dat Van Quickenborne nog meer kan doen om het monopolie van Electrabel te doorbreken. Zo merkt hij op dat de minister van ondernemen de bevoegdheid heeft om maximumprijzen op te leggen. Een maximumprijs is de hoogste toegelaten prijs voor een goed of dienst en ligt beneden de marktprijs.

Ze wordt opgelegd door de overheid en dient de consumenten te beschermen tegen te hoge prijzen van basisproducten, zoals elektriciteit. Magnette hoopt in dat verband dat Van Quickenborne "de hefbomen die hij in de hand heeft, zo goed mogelijk zal aanwenden". De Open Vld'er verzet zich echter met klem tegen het invoeren van maximumprijzen in de energiesector. Daar zijn consumenten en investeerders niet mee gebaat, vindt hij.

"Maximumprijzen zijn een slecht signaal naar potentiële buitenlandse investeerders die net afgeschrikt worden door prijzencontroles. Bovendien hebben alle alternatieve energieleveranciers al laten weten dat ze tegen maximumprijzen zijn, aangezien die de dominantie van Electrabel als producent alleen maar zouden versterken", luidt het. Electrabel zelf wenst niet te reageren.(KS)