Commissie verdedigt inkomenssteun voor nieuwe lidstaten

De uitbreiding van de Europese Unie met 10 nieuwe lidstaten in 2004 zal dat jaar 5,3 miljard euro kosten. Het jaar nadien wordt het 10,4 miljard euro en in 2006 12 miljard euro. Kortom, 27,7 miljard euro de eerste drie jaar van de uitbreiding. Dat blijkt uit het vertrouwelijk rapport van 8 pagina's dat de Europese Commissie dit weekeinde op papier zette. Woensdag wordt het document door de 20 commissarissen besproken. Naast dit financieel document circuleert er nog een tekst van 20 pagina's over het landbouwbeleid.

Sleutelelement in de nota is de landbouwsteun voor de kandidaat-lidstaten. Ondanks de conclusies van de top van Berlijn in 1999 verdedigt de Commissie directe inkomenssteun. Het eerste jaar, 2004 dus, zou die slechts 25 procent bedragen van de steun in de 15 lidstaten, het tweede jaar 30 procent en in 2006 35 procent. Toch blijft de Commissie erbij dat de kostprijs van de uitbreiding beneden de afspraken van Berlijn blijft. "Het is het uitgangspunt van al onze voorstellen", aldus de nota.

Het 'EU-Restricted'-document kreeg maandag het fiat van de kabinetschefs. Het kwam ook op de Raad Algemene Zaken in het Justus Lipsiusgebouw te Brussel aan bod. Bevoegd eurocommissaris Gunter Verheugen betreurde de perslekken. Volgens Verheugen gaven ze een onvolledig beeld over de voorstellen van de Commissie. Op de Raad Algemene Zaken anticipeerden diverse ministers reeds op het Commissiedocument. De Belgische minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel vroeg een "intellectuele, eerlijke discussie" over de uitbreiding. "We kunnen ons in deze geen 'flou artistique' veroorloven", aldus Michel. "De onduidelijkheden moeten uitgeklaard worden en ieder taboe is uit den boze." Ook de Franse minister Hubert Védrine bepleitte een "rigoureuze becijfering" van de kost van de uitbreiding.

Nederlands Staatssecretaris Dick Benschop koppelde de directe steun voor de Oost-Europese landbouw aan de hervorming van het Europees landbouwbeleid. "Het komt er bijgevolg op aan", aldus Benschop, "dat we nog dit jaar de ijkpunten voor de hervorming vastleggen". Nederland wil het duidelijk hard spelen, want Benschop achtte het zo goed als uitgesloten dat het landbouwluik onder Spaans voorzitterschap kan worden afgerond. Zo staat het nochtans in het programma van de Spanjaarden en zo werd het ook door de Commissie in de 'roadmap' vastgelegd.

Het gaat om een gecoördineerd Nederlands offensief, want vorige week verdedigde minister van Financiën Gerrit Zalm gelijkaardige standpunten. Benschop bevestigde verder dat Nederland over de hervorming van de Europese landbouwpolitiek met verschillende landen overleg pleegt. Van zijn kant verdedigde Michel dat het financiële plaatje van de uitbreiding ook door de ministers van Buitenlandse Zaken wordt onderzocht. "We hebben uiteraard het volste vertrouwen in de ministers van Financiën, maar in eerste instantie vertrouwen we onszelf".