nieuws

"België miskent groene biotechnologie"

nieuws
De VIB en de Universiteit Gent hebben samen een tiental biotechbedrijven opgericht, actief in de medische sfeer, de plantenwereld en ook in gentechnologie voor industriële toepassingen. Bijna alle nieuwe ggo's baseren zich intussen op onderzoek uit Gent, maar toch geeft de EU en zeker België de groene en witte biotechnologie geen enkele kans om tot wasdom te komen. Daardoor dreigt ons land ook zijn voorsprong in medische en farmaceutische kennis kwijt te spelen, waarschuwt journalist Guy Van Den Broek van De Tijd.
29 september 2008  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:05
België dreigt de voorsprong in medische en farmaceutische kennis, waarvoor het sinds de Tweede Wereldoorlog wereldfaam geniet, kwijt te raken door systematisch de groene biotechnologie tegen te werken en proefvelden voor ggo-gewassen te weigeren. Dat schrijft Guy Van Den Broek, journalist van De Tijd.

Gent is wereldwijd de bakermat van ggo-zaden. Het werk van enkele uitzonderlijke talenten leidde tot unieke onderzoeksinstellingen, topbedrijven en toonaangevende universiteiten. Samen vormen ze nu een uniek biotechnologisch weefsel dat veel buurlanden benijden. Vorige week stelde minister voor Ondernemen, Vincent van Quickenborne (Open VLD), het promotiebeleid voor om investeringen in de biotechnologie naar België te halen. Hij doet dat samen met de chemie- en farmafederatie, Essenscia.

Maar die inspanningen zijn zinloos zolang populistische en ideologische argumenten het halen op puur wetenschappelijke, aldus Van Den Broek. België dreigt zijn goede faam te verliezen die het decennialang heeft opgebouwd. Mensen als Christian De Duve, dokter Paul Janssen en KULeuven-rector Piet De Somer legden de basis voor die faam. Sinds de DNA-spiraal vanaf 1953 ontrold werd, speelde een nieuwe generatie biologen en medici daar snel op in met Marc Van Montagu, Walter Fiers, Jef Schell en Desiré Collen.

Die topwetenschappers creëerden bedrijven en/of onderzoeksinstellingen en inspireerden een hele generatie studenten, biologen en chemici. Zo ontstond in België een uitzonderlijk en uniek weefsel voor medische en biotechnologische kennis. De Somer richtte vlak na de Tweede Wereldoorlog het RIT op in Rixensart om daar de eerste penicilline aan te maken in Europa. Het bedrijf is uitgegroeid tot een wereldcentrum in vaccins onder GSK Biologicals. Paul Janssen stichtte Janssen Pharmaceutica in Beerse, een bedrijf op dat in de jaren 60 en 70 de meeste nieuwe geneesmiddelen op de markt bracht.

De nu 91-jarige Christian de Duve richtte in Leuven het International Institute of Cellular and Molecular Pathology op (ICP) en kreeg in 1974 de Nobelprijs geneeskunde. In Leuven werd ook het Rega-instituut opgericht, toonaangevend in virologie. Veel antivirale middelen hebben doorgaans een link met het Rega-Instituut. Desiré Collen aan de KULeuven ontdekte de stof, tissue plasminogeen-activator (t-pa) ontdekt, die bloedklonters oplost. Hij richtte ThromboGenics op.

De microbiologen van de Universiteit van Gent hadden snel het praktische belang begrepen van de ontrafeling van het DNA in 1953 door de Amerikanen Watson en Crick. Walter Fiers ontleedde als eerste het totale genoom van een levend wezen, een bacterie. Van Montagu en Schell grepen in in de plantengenen. Zij creëerden de groene en de rode biotechnologie. De bedrijven Plant Genetic Systems (PGS) en Innogenetics waren de eerste pioniersbedrijven in biotechnologie in Europa.

Het Vlaams Gewest zag snel het belang in van de ontstane kennis inzake biotechnologie in Vlaanderen. De oprichting van het Vlaams Instituut voor de Biotechnologie (VIB) in 1996, dat onderzoek over heel Vlaanderen coördineert, is een lovenswaardig initiatief. Wallonië richtte in 2007 de biotechcluster Bio-Win op, dat bedrijven samenbrengt en sociale voordelen en subsidies verleent. Zo was in België aan de twee zijden van de taalgrens een uniek platform ontstaan van hooggespecialiseerde universiteiten, academische ziekenhuizen, wetenschappelijke instellingen en bedrijven.

De VIB en de RU Gent hebben samen een tiental biotechbedrijven opgericht, actief in de medische sfeer (rode biotech), de plantenwereld (groene biotech) en ook in gentechnologie voor industriële toepassingen (witte biotech). Dat onderzoek nam sinds medio de jaren 90 een hoge vlucht. Drie van de vier grootste bedrijven in agrochemicaliën ter wereld (Bayer, BASF en Monsanto) hebben nu al een onderzoekscentrum voor gentechnologie in Gent opgericht of gekocht. Bijna alle nieuwe ggo's (genetisch gemodificeerde organismen) baseren zich op onderzoek uit Gent.

Intussen ondersteunt het beleid dit unieke platform ook met administratieve en fiscale steunmaatregelen. De belasting op royalty's is verlaagd en onderzoekers worden minder belast. Ook de administratieve procedures voor faze-I klinische testen werden versoepeld. Het dichte net van academische en gespecialiseerde ziekenhuizen en researchcentra maakt België interessant voor klinische proeven.

Toch blijft dit unieke weefsel gevoelig voor de malaise in de farmasector. Janssen Pharmaceutica, UCB en GSK Biologicals kondigden dit jaar honderden ontslagen aan. Dat tast de veerkracht van het weefsel niet aan. De ontluikende biotechbedrijven kunnen die mensen overnemen. Nefast is wel dat het beleid in de Europese Unie en zeker in België de groene en de witte biotechnologie geen enkele kans geeft om tot wasdom te komen.

Noodzakelijke veldproeven met nieuwe ggo-gewassen worden niet toegestaan, ondanks positieve wetenschappelijke adviezen. Het verbod van een proefveld met ggo-wilgen zet een domper op de ontwikkeling van de witte biotechnologie in België. Want de drie gebieden van de biotechnologie (rood, groen en wit) zijn op onderzoeksgebied erg nauw met elkaar verbonden.(KS)

Bron: De Tijd

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek