Belg at in 2004 gemiddeld 33,2 kg vlees

De Belg at vorig jaar gemiddeld 33,2 kg vers vlees. Dat blijkt uit gegevens van VLAM op basis van Gfk-cijfers. Vijf jaar geleden bedroeg de vleesconsumptie nog 38,3 kg per capita. De gemiddelde Belg betaalde in 2004 voor zijn vleesaankopen 273 euro. Vooral vleesmengelingen (11,6 kg) zoals gemengd gehakt, worst, pitta/gyros, brochetten, en cordon bleu zijn populair. Daarnaast aten we gemiddeld 9,7 kg varkensvlees, 8,4 kg rundvlees en 1,6 kg kalfsvlees.

De Belg heeft, na de voedselcrisissen eind jaren negentig, opnieuw vertrouwen in de vleessector. Minder dan 10 procent denkt dat de vleesproductie nauwelijks gecontroleerd wordt en dat vlees onveilig is. Walen eten wel gemiddeld zeven kilogram meer vlees dan Vlamingen. Daarnaast merkt de VLAM ook een hoger en stabieler vleesverbruik bij gezinnen tussen 45 en 60 jaar. Jonge gezinnen opteren eerder voor vleesmengelingen terwijl oudere gezinnen eerder de pure vleessoorten verkiezen.

De belangrijkste aankoopkanalen blijven slagers en warenhuizen. Volgens VLAM houdt de slager, in vergelijking met de algemene trend in de voedingsdistributie, redelijk goed stand tegenover de grootdistributie. Met een marktaandeel van 31 procent blijft de slager het tweede belangrijkste aankoopkanaal voor de gezinnen na de distributie met 45 procent marktaandeel. Vooral voor de populaire vleesmengelingen gaat de Belg naar de beenhouwer.

Het onderzoek toont ook aan dat de bekendheid van de vleeslabels blijft stijgen. Zo kent 58 procent van de Belgische vrouwen ouder dan 15 jaar het Meesterlyck label van naam, 60 procent herkent het logo. Meritus en BCV, de kwaliteitslabels voor respectievelijk rundvlees en kalfsvlees, hebben een merkbekendheid van respectievelijk 30 procent en 15 procent en een logobekendheid van 45 procent en 25 procent. Voor varkensvlees heeft het kwaliteitslabel Certus op 3 jaar tijd een merkbekendheid opgebouwd van 20 procent en een logobekendheid van 36 procent.