ANB verstrekt weer vergunningen voor kraaienjacht
Nadat er maandenlang geen vergunningen werden uitgereikt voor de bestrijding van kraaien, eksters en kauwen, is Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) deze week weer gestart met de verstrekking ervan. De overheidsorganisatie ziet in een recent onderzoek voldoende bewijs dat kraaiachtigen schade aanrichten aan landbouwgewassen. Jagersverenigingen reageren tevreden. “Nu kunnen wij de boeren weer helpen om hun gewasopbrengsten te verhogen.”
“Dat is zeer goed nieuws”, reageert Thomas Linssen, melkveehouder uit Kinrooi en bestuurslid van de jagersvereniging Jagersliga op de eerste vergunningen voor de bestrijding van kraaien die sinds deze week weer verstrekt worden. “Jagers zijn er ook om landbouwers te ondersteunen. Nu kunnen wij weer helpen met de bestrijding van kraaiachtigen zodat hun teelopbrengsten hoger liggen.”
Kraaiachtigen, kraaien, eksters en kauwen, vallen onder het Soortenbesluit en mogen eigenlijk niet bejaagd worden. Als jagers kunnen aantonen dat deze vogels schade berokkenen aan flora en fauna of aan landbouwgewassen, dan kunnen zij een uitzondering aanvragen. Met deze vergunning kunnen ze de kraaien bestrijden.
Nadat dit jarenlang moeiteloos verliep, rapporteerden jagersverenigingen en individuele jachtrechthouders de voorbije maanden problemen met het verkrijgen van de vergunning. In een formele afwijzing liet ANB, dat de vergunningen verstrekt, weten dat er onvoldoende wetenschappelijk bewijs is dat de kraaien schade veroorzaken aan landbouwgewassen.
Meer dan 20 van de 180 Vlaamse wildbeheereenheden (WBE's), die hun vergunning zagen verlopen, dienden een vergunningsaanvraag in, maar zagen deze niet gehonoreerd. “Momenteel worden er geen vergunningen verstrekt voor de bestrijding van kraaiachtigen. Er wordt gewerkt aan een nieuw werkkader rond deze afwijkingen”, kreeg een individuele jachtrechthouder te horen.
Schade voor landbouw blijkt uit onderzoek
Inmiddels is dat nieuwe werkkader blijkbaar uitgewerkt. De eerste vergunningen zijn deze week verstrekt. Hubertus Vereniging Vlaanderen stelt dat er inmiddels vergunningen werden verleend aan ten minste 10 WBE’s. Het gaat in dat geval om dossiers die vaak maanden geleden werden ingediend. In het geval van individuele jachtrechthouders, die een vergunning voor een jaar krijgen, dient een nieuwe aanvraag ingediend te worden.
In de toekenning van de vergunning verwijst ANB naar een recent onderzoek waaruit blijkt dat kraaiachtigen wel degelijk schade berokkenen aan landbouwgewassen. Schade door kraaiachtigen in Vlaanderen wordt bevestigd door een beperkte steekproef die ANB in 2023 liet uitvoeren en waarvan de resultaten in maart gepubliceerd werden. Hieruit bleek dat er binnen een steekproef van 125 maïsplots verspreid over 9 landbouwers in Vlaanderen zowel in de kiemperiode als in de oogstperiode schade door kraaiachtigen werd veroorzaakt.
Tijdens de kiemperiode werd op 29,6 procent van de percelen “beperkte tot aanzienlijke schade vastgesteld”. Aanwezige soorten waren beperkt tot kraaien en kauwen. Tijdens de oogstperiode blijkt de schade zich te beperken tot de buitenste rijen, maar bedroeg de schade meer dan 10 procent op 27 van de 52 beschadigde proefvlakken en meer dan 30 procent op 11 proefvlakken. “Uit deze beperkte studie kan afgeleid worden dat de schade door kraaiachtigen aan gewassen aannemelijk is en lokaal aanzienlijk kan zijn”, concludeert ANB.
Wachten op vervolgonderzoek
Waar schade aan landbouwgewassen inmiddels wordt geaccepteerd als deugdelijke motivatie bij een vergunningsaanvraag, geldt dat nog niet voor de bescherming van wilde fauna en flora of om natuurlijke habitats in stand te houden. “Voor wat betreft de bestrijding van ‘kraaiachtigen’ ter bescherming van de wilde fauna, zal de dienst AVES (de vergunningverlenende instantie binnen ANB, red.) een lopend onderzoek van INBO afwachten. Dit onderzoek mogen we eind 2024 verwachten”, weet HVV.
Bron: Eigen berichtgeving
