Alternatieve productiemethode foie gras vergt onderzoek

In Vlaanderen is er één bedrijf actief dat foie gras produceert. Dat gebeurt door dwangvoedering van de eenden om het minimumgewicht van de lever te bereiken zoals dat bepaald is in Europese regelgeving. Vlaams volksvertegenwoordiger Bart Dochy (CD&V) herinnert aan de aanbevelingen van de Raad van Europa en de Raad voor Dierenwelzijn om onderzoek naar alternatieve productiemethoden aan te moedigen. Minister Ben Weyts laat weten dat hij in overleg is met een Vlaamse instelling die hier wetenschappelijk onderzoek naar wil doen. Een alternatief voor dwangvoedering heeft zoveel voeten in de aarde omdat Europa alleen levers met een hoog minimumgewicht het label ‘foie gras’ gunt.

De enige producent van foie gras in Vlaanderen is bereid om het dwangvoederen van de eenden stop te zetten als er een alternatieve productiemethode is die eveneens resulteert in een lever die als ‘foie gras’ verkocht kan worden. Vlaams parlementslid Bart Dochy (CD&V) sprak met de kweker en hield vervolgens in de commissie Dierenwelzijn een pleidooi voor onderzoek naar alternatieve productiemethoden.

De Raad voor Dierenwelzijn stuurde daar in 2014 al op aan, met een verwijzing naar een Franse studie bij ganzen. De onderzoekers hebben het gewicht van de lever kunnen doen toenemen door de lichtsterkte geleidelijk aan te verminderen om zo de periode die aan de vogeltrek voorafgaat, na te bootsen. “De resultaten van deze studie vertonen echter grote variaties. Bovendien kan de alternatieve methode voor ganzen niet toegepast worden in de praktijk”, weet Dochy.

Reeds in 1999 gaf de Raad van Europa het signaal dat landen die foie grasproductie toestaan onderzoek moeten aanmoedigen naar de welzijnsaspecten en naar alternatieve methoden zonder dwangvoedering. Haaks daarop staat de Europese minimumnorm voor foie gras die het ontwikkelen van alternatieve productiemethoden bemoeilijkt. “De lat ligt zo hoog en werd nog verhoogd in 2006, het gewicht werd nog eens opgedreven, om te worden erkend of om het label ‘foie gras’ te krijgen”, verduidelijkt minister Weyts. “Op die manier stimuleert de regelgeving eigenlijk dwangvoeding en remt het de ontwikkeling van alternatieven af.”

Ook N-VA-parlementslid Jelle Engelbosch situeert zowel het probleem als de oplossing op Europees niveau. Hij verwijst naar een experiment waarin wel het vereiste vetpercentage van de lever werd bereikt maar niet het minimale gewicht en suggereert om de kwaliteitsnorm aan te passen aan die bevindingen. “Zolang het gewicht niet wordt verlaagd dat een foie gras moet hebben, zitten we met een probleem.” In de ogen van Engelbosch stelt er zich bij de productie van foie gras altijd een dierenwelzijnsprobleem zodat hij voorstelt om de enige Vlaamse producent uit te kopen samen met de 17 nertsenkwekers die hun bontproductie moeten staken.

Op heden bestaat er enkel een wetenschappelijk onderzoek over alternatieve productiemethoden voor foie gras bij ganzen. De productie in Vlaanderen en bij uitbreiding in de rest van Europa bestaat in hoofdzaak uit eendenlever. “Onderzoek specifiek bij eenden is bijgevolg aangewezen”, aldus Bart Dochy. Minister van Dierenwelzijn Ben Weyts laat weten dat hij in overleg is met een onderzoeksinstelling. Hij engageert zich om het nodige budget voor dergelijk onderzoek bij elkaar te zoeken.