Vleeskolom ontwerpt voorstel financiering BSE-testen
Maandagavond ondertekenden de betrokken organisaties samen een alternatief voorstel voor de financiering van de BSE-testen. In dat voorstel staat dat de sector niet wil opdraaien voor de kostprijs van de BSE-testen die de voorbije drie jaar werden uitgevoerd. De vleessector vindt het onaanvaardbaar dat een BSE-test in België drie keer zo duur is als in de omringende landen.
Bovendien werd de BSE-test ingesteld in het belang van de algemene volksgezondheid, zo luidt het. Dus moet ook de gemeenschap mee opdraaien voor de kosten van het extra onderzoek. De vorige federale regering legde dit principe vast in de programmawet van 30 december 2001. De sector wil dat dit engagement ook wordt nagekomen.
De sector stelt voor dat de overheid integraal de kost op zich neemt voor het geheel van BSE-testprocedures. In het voorstel staat te lezen dat de overheid zich hiervoor kan beroepen op enerzijds de bepalingen van vernoemde programmawet en anderzijds op mogelijkheden die de Europese wetgever biedt. Pas bij onvermijdelijk overschrijden van dit bedrag vindt de vleessector dat een eigen aanvullende bijdrage bespreekbaar is. Een inningssysteem ter hoogte van de slachthuizen is in dat geval niet meer relevant.
Om de kosten van de BSE-testen te drukken, dringt de sector er op aan dat de slachthuizen vrij moeten kunnen opteren voor een door het Voedselagentschap erkend laboratorium. Dit moet een efficiëntere organisatie en betere dienstverlening in de dispatching en de manipulatie van stalen mogelijk maken.
De vleeskolom overhandigde maandag zijn voorstel aan premier Verhofstadt en andere leden van de federale regering. De sector plant voor volgende week massale acties om zijn standpunt kracht bij te zetten.