Vlaams-Brabant ziet plattelandswinkels verdwijnen
nieuwsHet Adviesbureau Marketing en Onderzoek (ABM) peilde in opdracht van Unizo naar de leefbaarheid van de plattelandswinkels in Vlaams-Brabant. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat het aantal handelszaken in de kleine kernen dramatisch aan het dalen is. In de 140 Vlaams-Brabantse dorpjes zijn 1.436 handelspanden, waarvan 41 procent winkels, 26 procent horeca, 29 procent dienstverlenende activiteiten en 5 procent leegstand. Vooral in de kernen met minder dan 1.500 inwoners zal dat aanbod de komende jaren nog sterker afnemen.
Door de beperkte aantrekkelijkheid van het beroep zal vooral het aanbod aan bakkerijen en beenhouwers slinken. Door het grote aanbod wordt ook een sterke daling van het aantal horecazaken verwacht. "Maar ook onderwijs en financiële instellingen minderen", zegt Tony Tallon van Unizo. "En dus worden de inwoners verplicht zich naar stedelijke gebieden te begeven. Alleen als het gaat om kleine en dringende aankopen zullen de dorpsbewoners zich nog tot de plaatselijke winkeliers richten. Spijtig, want het wegkwijnen van de plattelandswinkels draagt bij tot een versnelde economische en culturele achteruitgang".
Ook voor de inwoners is het een slechte zaak. "Klanten gaan graag naar een plattelandswinkel omwille van de nabijheid, het persoonlijke contact en de kwaliteit", zegt Tallon. "Vooral voor brood, vlees, voeding en kranten kiezen ze de meest nabije winkel". Unizo vindt dat de plattelandswinkels beschermd en versterkt moeten worden. "Dat kan door meer recreatiemogelijkheden, een fietsroutenetwerk, een openbare markt en hoevetoerisme te ontwikkelen", besluit Tallon.
Lees ook: Opinie: Sigrid Verhaeghe: "Vlaams plattelandsbeleid kiest pragmatische aanpak"