Vier op tien Duitse landbouwers hebben zonnepanelen

Meer dan 40 procent van de Duitse landbouwers heeft zonnepanelen op het dak. Dat blijkt uit een telefonische inventarisatie van de Nederlandse specialist in agrimarketing AgriDirect bij circa 40.000 landbouwers in 2010. In Nederland en België loopt het niet zo’n vaart. Medio 2010 hebben 1.152 van de 28.423 Vlaamse landbouwers investeringssteun voor zonnepanelen bij het VLIF aangevraagd.

De enquête van Agridirect leert dat 40,6 procent van de Duitse landbouwers zonnepanelen op het dak van de stal of een ander bedrijfspand heeft liggen. Vooral pluimvee- en varkenshouders hebben de afgelopen jaren in zonnepanelen geïnvesteerd. Maar liefst 62 procent van de pluimveehouders en meer dan de helft van de varkenshouders in Duitsland heeft zonnepanelen. Melkveehouders en akkerbouwers blijven wat achter. Van de landbouwers die nog geen zonnepanelen hebben, zegt acht procent nog te willen investeren in zonnepanelen.

AgriDirect inventariseerde in 2010 ook in eigen land het gebruik van zonnepanelen door rundveehouders, varkenshouders en pluimveehouders. In Nederland heeft minder dan twee procent van de veehouders zonnepanelen op het dak heeft. Er is echter wel belangstelling om hierin te investeren.16,5 procent van de Nederlandse veehouders wil in zonnepanelen investeren tegen 5,8 procent in Duitsland. Agridirect verklaart dit verschil door het feit dat de daken van Duitse veehouders inmiddels al voor een groot gedeelte bedekt zijn met zonnepanelen. Net als in Duitsland hebben in Nederland de pluimveehouders de meeste belangstelling voor zonnepanelen.

Met vier procent van de Vlaamse landbouwers die VLIF-steun vroeg voor zonnepanelen, sluit de situatie bij ons veel dichter aan bij die in Nederland dan bij de zonnepanelenweelde in Duitsland. “Tot en met juni 2010 vroegen 1.152 landbouwers steun voor zonnepanelen bij het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds”, zegt Kevin Delvaux van de afdeling Structuur en Investeringen van het Agentschap voor Landbouw en Visserij. “Niet alle dossiers voldeden aan de voorwaarden om VLIF-steun te bekomen, maar het geeft ons bij benadering wel een idee hoeveel zonnepanelen op stallen en landbouwloodsen geplaatst zijn.”

Landbouwers die enkel zonnepanelen hebben geplaatst op hun woning, zitten naar alle waarschijnlijkheid niet vervat in het cijfer. Om in aanmerking te komen voor VLIF-steun, moeten zonnepanelen immers geplaatst worden op in exploitatie zijnde bedrijfsgebouwen en mogen ze niet gelegd worden op de privéwoning. Er zijn waarschijnlijk ook nog zonnepanelen gelegd bij boeren die geen land- of tuinbouwer zijn binnen de VLIF-definitie. Dat aantal is evenmin terug te vinden in het cijfer.