"Te strenge WTO-eisen voor ontwikkelingslanden"
nieuwsHet Noorden dringt bij de ontwikkelingslanden aan op een verregaande liberaliseringen in de dienstensector, een sterke verlaging van de landbouwtarieven en een zeer scherpe tariefdaling voor industriële producten, tot 50 à 70 procent. De meeste arme landen hebben geen zin om daaraan toe te geven, aldus 11.11.11, dat verwijst naar macro-economische studies waaruit blijkt dat het Noorden veel meer wint dan het Zuiden bij de onderhandelingsvoorstellen die circuleerden.
Bovendien blijkt de winst die de Doha-ronde zou opleveren ook almaar kleiner: uitgerekend per hoofd van bevolking een paar cent per jaar. De "meer realistische" scenario's van de Wereldbank zelf gaan uit van 96 miljard dollar per jaar, waarvan maar 16 miljard voor alle ontwikkelingslanden samen, dus 1 dollarcent per hoofd per dag. Dit spoort de arme landen aan tot meer terughoudendheid. Ze zijn niet happig om zomaar compensaties te verlenen voor de markten die de industrielanden kwijtspelen als gevolg van de groeiende Chinese exportcapaciteit, aldus 11.11.11.
De NGO vraagt de EU meer flexibiliteit opdat ontwikkelingslanden kwetsbare sectoren en producten kunnen beschermen, iets wat de EU overigens ook wil voor zijn landbouw. Verder moeten allerlei beloftes eindelijk maar eens waargemaakt worden, klinkt het. De minst ontwikkelde landen klagen dat er sinds de conferentie van Hongkong niets is gebeurd op vlak van hun tarief- enquotavrije markttoegang. De Afrikaanse katoenlanden blijven in de kou staan, de Amerikaanse katoensubsidies worden niet aangepakt. Er is dringend nood aan nieuwe grondstoffenakkoorden om de inkomens van miljoenen kleine producten te stabiliseren, maar daar is volgens 11.11.11 geen aandacht voor.
Volgens de hulporganisatie moet de WTO zich niet blijven afvragen welke bijdrage de ontwikkelingslanden kunnen leveren aan de vrijmaking van de wereldhandel, maar wel wat de wereldhandel kan doen voor de ontwikkelingslanden en voor duurzame ontwikkeling van de planeet in haar geheel. Maar waarschijnlijk is daar een andere wereldhandelsorganisatie voor nodig dan deze, besluit 11.11.11.