Sommige boeren mogen mest tot 9 september uitrijden
nieuwsVolgens het mestdecreet is het verboden om mest op het land te brengen in kwetsbare gebieden vanaf 1 september. Door de uitzonderlijke weersomstandigheden van de laatste weken, die op bepaalde plaatsen zelfs het karakter van een natuurramp aannamen, konden de oogstwerkzaamheden niet doorgaan. Van de 300.000 ha bestaand kwetsbaar gebied is volgens gegevens van de Mestbank ongeveer 35.000 ha beplant met graangewassen en enkele honderden ha met vlas.
Landbouwers kunnen overmacht inroepen onder een aantal specifieke voorwaarden. Zo moeten de gronden gelegen zijn in de polders, de zandleemstreek en de leemstreek van de provincie West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant. Het mag ook enkel gaan om gronden met graan- of vlasstoppel en om de uitrijding van dierlijke mest. Er mag bovendien niet meer dan 100 kilogram stikstof per ha op het land worden gebracht.
Er moet ook een strikte procedure worden gevolgd. De landbouwer moet vóór de bemesting aan de Mestbank laten weten dat hij als gevolg van de weersomstandigheden overmacht inroept. Hij geeft ook mee in welke gemeente het perceel ligt, welk nummer het heeft, in welke landbouwstreek het ligt en de datum waarop de mest zal uitgevoerd worden. Bovendien moet de landbouwer ook de verbintenis aangaan dat hij de gronden zal inzaaien met een groenbemester of met wintergraan.
Ook vorig jaar werd de uitrijregeling door het slechte weer verlengd. Toen dienden 371 landbouwers een aanvraag in voor 731 percelen met een totale oppervlakte van 1.359 hectare. Minister Peeters benadrukt dat de slechte weersomstandigheden duidelijk maken dat bijkomende inspanningen voor het vergroten van de mestverwerkingscapaciteit en opslagcapaciteit van dierlijke mest noodzakelijk zijn. "Ik doe dan ook een dringende oproep om hiervan werk te maken", aldus de minister.