"Sector wil rol spelen in klimaat- en energiedossier"

De Europese Commissie kondigde begin dit jaar ambitieuze klimaat- en energiemaatregelen aan. In een persbericht laat Boerenbond weten dat het zich in grote lijnen kan vinden in de maatregelen die het dagelijks bestuur van de Unie voorstelt. De organisatie geeft ook aan dat de Vlaamse land- en tuinbouw een rol kan blijven spelen in dit dossier. Wel wijst Boerenbond op enkele onduidelijkheden en wil ze dat rekening wordt gehouden met de inspanningen die de agrarische sector al heeft geleverd in het verleden.

De doelstellingen van het klimaat- en energiepakket bestaan erin om tegen 2020 de totale uitstoot van broeikasgassen in Europa te verminderen met 20 procent ten opzichte van de uitstoot in 1990. De energie-efficiëntie moet toenemen met 20 procent en het energieverbruik uit duurzame energiebronnen moet hetzelfde percentage bereiken. Tot slot moet in 2020 tien procent van de transportbrandstof uit biobrandstof bestaan.

Nu Europa de na te streven doelen heeft vastgelegd, is het aan de lidstaten om een eigen plan uit te werken, zowel rond klimaat als rond duurzame energie. Concreet betekent dit voor België dat er zowel een federaal actieplan als drie gewestelijke actieplannen - met onder meer landbouwmaatregelen - moeten opgesteld worden. Boerenbond gelooft in de haalbaarheid van de einddoelen. "Het verleden heeft ons geleerd dat duidelijke sturingsmechanismen vanuit de overheid veel helpen realiseren", luidt het.

Toch heeft Boerenbond enkele bedenkingen bij het voorstel van de Europese Commissie. De organisatie pleit ervoor dat landbouw betrokken wordt in de opmaak van de klimaatbeleidsplannen. Daarnaast vraagt ze dat de reeds geboekte resultaten, in rekening worden gebracht. "Men kan de teller van realisaties niet op nul zetten, ondanks het feit dat men nu vanuit Europa voorstelt om als referentiejaar 2005 te nemen. Verder is het ook belangrijk dat de inspanningen van een sector niet op het conto van een andere sector komen", luidt het. Daarbij verwijst de organisatie bijvoorbeeld naar WKK’s. Die worden met VLIF-steun betaald en hebben in de glastuinbouw de CO2-uitstoot beduidend gedrukt. "Toch wordt die CO2-reductie momenteel in rekening gebracht bij de elektriciteitsproducenten", klaagt Boerenbond.

Omdat de landbouworganisatie niet wil weten van een verdere afbouw van de veestapel wordt aangedrongen op bijkomend onderzoek op het vlak van reductie van methaan- en lachgasuitstoot. "Ongetwijfeld liggen hier nog heel wat uitdagingen op vlak van aangepast voeder, een betere kennis van het spijsverteringsstelsel maar ook op vlak van het opvangen en hergebruiken van lachgas uit mest".

Het Europees voorstel om meer duurzame energiebronnen en biobrandstoffen aan te wenden wordt eveneens verdedigd, maar de organisatie dringt hierbij aan op het invoeren van duurzaamheidscriteria voor elke vorm van biomassaproductie, ook voor producten uit derde landen. Deze criteria moeten zodanig opgesteld zijn dat ze de voedselzekerheid niet in het gedrang brengen. "Door de reductie van broeikasgasemissies tegen 2015 op te trekken tot 50 procent wordt dit zeker bewaakt", luidt het. Wel vraagt Boerenbond om voor installaties die in de loop van 2008 operationeel worden een overgangsperiode te voorzien die loopt na 2015.

Volgens Boerenbond moet er zeker nog werk gemaakt worden van de definitie van de duurzaamheidscriteria, maar ook van de manier waarop die zal gemeten worden. "Dit mag niet leiden tot een zware administratieve last. En ook kleine installaties die groene warmte produceren, moeten in aanmerking komen voor groene warmtecertificaten. Indien dat niet het geval is sluit dit de Vlaamse landbouwbedrijven uit vermits de meeste minder dan 5 Megawatt produceren".

De landbouworganisatie sluit zich ook aan bij het SERV-standpunt. De voorkeur moet uitgaan naar kostenefficiënte binnenlandse maatregelen, eerder dan naar buitenlandse projecten. Dit komt de eigen economie ten goede. Volgens Boerenbond heeft de landbouwsector in het recente verleden bewezen dat met de juiste sturingsmechanismen heel wat resultaten kunnen geboekt worden. "Ook in de toekomst kan de landbouw nog een rol spelen. Wij zullen ons zich zeker inzetten om dit te helpen realiseren", besluit de organisatie.(GL)