nieuws

Nieuwe beheerseisen voor bedrijfstoeslag van kracht

nieuws
Landbouwers die rechtstreekse inkomenssteun wensen te ontvangen, moeten sinds 1 januari 2005 bepaalde voorwaarden naleven. Die beheerseisen worden stapsgewijs gekoppeld aan de bedrijfstoeslag. In 2005 waren reeds negen richtlijnen en verordeningen van toepassing. Dit jaar worden ze aangevuld met een aantal bijkomende beheerseisen in verband met volksgezondheid, diergezondheid, gezondheid van planten en kennisgeving van ziekten.
2 januari 2006  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:32
Landbouwers die rechtstreekse inkomenssteun wensen te ontvangen, moeten sinds 1 januari 2005 bepaalde voorwaarden naleven. Die beheerseisen worden stapsgewijs gekoppeld aan de bedrijfstoeslag. In 2005 waren reeds negen richtlijnen en verordeningen van toepassing. Dit jaar worden ze aangevuld met een aantal bijkomende beheerseisen in verband met volksgezondheid, diergezondheid, gezondheid van planten en kennisgeving van ziekten.

Het hervormde landbouwbeleid heeft de vroegere productiesteun vervangen door een bedrijfstoeslag die landbouwers kunnen krijgen indien ze zich houden aan een reeks normen die betrekking hebben op milieu, dierenwelzijn, dierengezondheid, gezondheid van de planten en volksgezondheid.

De reeds in 2005 ingevoerde beheerseisen blijven ongewijzigd van toepassing in 2006 en worden aangevuld met een aantal bijkomende beheerseisen die uitgaan van zeven reeds bestaande richtlijnen. Vanaf 1 januari 2007 zal het lijstje overigens vervolledigd worden met de beheerseisen die voortvloeien uit drie richtlijnen inzake dierenwelzijn. Daarnaast kunnen ook de huidige beheerseisen en normen jaarlijks aangepast worden.

Vanaf volgend jaar zullen de randvoorwaarden betrekking hebben op beheerseisen die het resultaat zijn van in totaal 19 Europese richtlijnen en verordeningen. Daarnaast is de bedrijfstoeslag ook gekoppeld aan normen om de bodem in optimale landbouw- en milieuconditie te houden en aan de verplichting tot het behoud van het areaal permanent grasland.

De controleagenten van de landbouwadministratie voeren de controle op de randvoorwaarden steekproefsgewijs uit op minimaal één procent van de landbouwbedrijven. Indien de gespecialiseerde controle-instanties - onder meer het Voedselagentschap, de Mestbank en AMINAL - in het kader van hun reguliere controles en bevoegdheden een niet-naleving vaststellen op één van de beheerseisen, zullen zij dit melden aan de landbouwadministratie.

Bij vaststelling van niet-naleving van één of meerdere randvoorwaarden, wordt de rechtstreekse inkomenssteun in datzelfde kalenderjaar verminderd met een bepaald percentage. Dit percentage wordt bepaald na evaluatie van de ernst, de omvang, het permanent karakter en de herhaling van de niet-naleving. Indien de niet-naleving het gevolg is van een nalatigheid van de landbouwer bedraagt het percentage voor een eerste niet-naleving in principe 3 procent.

Meer informatie: Randvoorwaarden 2006

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek