Leerlingen stofferen screening landbouwonderwijs
nieuwsEen enquête uitgevoerd bij de ouderlijke bedrijven van de leerlingen en bij een aantal stagebedrijven, vormde de basis van de discussie. Daaruit bleek dat er een grote beroepstevredenheid aanwezig is op de betrokken bedrijven, maar ook dat er maar weinig jongeren zijn die nog in de sector stappen. Na een aantal discussies in de klas kwamen de belangrijkste knelpunten naar boven. Die werden voorgelegd aan Leterme.
De eerste discussie ging over het land- en tuinbouwonderwijs. Er kwamen heel wat vragen en suggesties over de invoering van het G-rijbewijs in het lessenpakket, de aandacht voor actualiteit in het onderwijs en financiële tussenkomsten voor buitenlandse stages en de aankoop van materialen. Minister Leterme beloofde alle ideeën van de leerlingen te betrekken bij een screening van het landbouwonderwijs die momenteel aan de gang is. Op basis daarvan starten in het najaar gesprekken over een hervorming van het land- en tuinbouwonderwijs.
Volgens de leerlingen maken de veranderende wetgeving en de kapitaalsintensivering van de sector het moeilijk om duurzaam te ondernemen. De minister kreeg de vraag voorgeschoteld of de tewerkstelling in de landbouwsector garandeerd kan worden. "In geen enkele sector kunnen wij de tewerkstelling garanderen", repliceerde Leterme. "In Vlaanderen is er zeker nog plaats voor land- en tuinbouw, maar om als landbouwer overeind te blijven zal je niet genoeg hebben aan vakkennis. Je zal je ook moeten ontpoppen tot een echte bedrijfsleider". Of zoals zijn kabinetsmedewerker Hilde De Sutter het treffend uitdrukte: "Jullie zullen slimmer moeten zijn dan jullie ouders". Zij benadrukte ook dat de jonge boeren het belang van communicatie niet uit het oog mogen verliezen.
De komende dagen en weken volgen er nog een tiental gespreksrondes met andere landbouwscholen. Ook de reeds actieve jonge boeren kregen al de kans om hun wensen kenbaar te maken aan de minister. "Alle ideeën en suggesties die hieruit voortvloeien worden gebundeld tot een werkdocument", legt De Sutter uit. "Telkens wij beleidsmaatregelen moeten nemen, zullen wij dit document raadplegen om ervoor te zorgen dat het beleid zo dicht mogelijk aansluit bij de verwachtingen van de jonge boeren".