Lage prijzen maken landbouwers onzeker over de toekomst
nieuws"Het vertrouwen van landbouwers in de toekomst van hun sector is gestabiliseerd op het lage niveau van 2009", zei Luc Versele, CEO van het Landbouwkrediet, bij de voorstelling van de vierde vertrouwensindex op de beurs van Libramont. "De gevolgen van de financieel-economische crisis laten zich nog altijd voelen", aldus Versele. Eén op vier Vlaamse landbouwers zegt in financiële moeilijkheden te verkeren.
Voor het onderzoek van Landbouwkrediet werd een representatieve steekproef van meer dan 1.200 Belgische landbouwers ondervraagd. Daardoor zijn betrouwbare resultaten per specialisatie en per landbouwstreek beschikbaar. Na de sterke daling in 2009 tot 31 punten, is de vertrouwensindex in Wallonië gestabiliseerd op dit lage niveau. In Vlaanderen is een verdere daling van het vertrouwen vast te stellen van 40 naar 37. Sinds de lancering in 2007 is de vertrouwensindex zowel in Vlaanderen als in Wallonië gezakt met respectievelijk 16 en 17 punten.
In landbouwstreken waar veeteelt een belangrijke rol speelt, is het vertrouwen gelijk gebleven of toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Dit in tegenstelling tot regio’s met veel akkerbouw, waar een duidelijke daling wordt vastgesteld. De varkenshouders hebben de hoogste vertrouwensindex (37), ondanks een daling met 3 punten. Ook in de akkerbouw daalt het vertrouwen met drie punten naar een index van 32. De grootste daling is echter vastgesteld in de tuinbouwsector met een vermindering van 41 naar 36.
De Vlaamse melkveehouders zien de toekomst weer iets rooskleuriger in dankzij de stijging van de prijzen sinds het einde van 2009. Hun vertrouwensindex steeg van 38 naar 42. Franstalige melkveehouders zijn minder optimistisch met een vertrouwensindex van 30, wat stabiel is in vergelijking met vorig jaar.
Bedrijven met een opvolger hebben een duidelijk hogere index. In Vlaanderen hebben bedrijfsleiders die langer dan 20 jaar actief zijn net als de vorige jaren de laagste index. Met een vertrouwensindex van 37 is er in Vlaanderen geen verschil meer tussen gemengde en gespecialiseerde bedrijven. Bedrijven uitgebaat onder vennootschapsvorm blijven een kleine minderheid, maar kijken wel met opvallend meer vertrouwen naar de toekomst dan landbouwbedrijven die door een natuurlijke persoon worden uitgebaat.
De verdere daling van de verkoopprijzen van vooral granen, melk, tuinbouwproducten en suikerbieten zorgde voor een lager inkomen in de land- en tuinbouw tijdens het afgelopen jaar. Als tweede belangrijkste negatieve invloedsfactor op het inkomen halen landbouwers de hoog gebleven productiekosten aan.
Zowel de Vlaamse als de Waalse landbouwers blijven ontevreden over hun beroep, een gevoel dat nog is toegenomen ten opzichte van 2009. Ook over het financieel resultaat is men minder te spreken dan vorig jaar. In Vlaanderen is 76 procent van de landbouwers niet tevreden met het behaalde financieel resultaat. In Wallonië is deze beoordeling nog meer uitgesproken negatief: 83 procent is ontevreden.
Amper één op vier landbouwers wil het beroep nog aanraden aan kinderen of kennissen. "Wij betreuren dat want landbouwers staan net gekend om hun fierheid over het beroep", aldus de topman van het Landbouwkrediet. "Het aanhouden van de negatieve conjunctuur zorgt ervoor dat landbouwers het financieel moeilijk blijven hebben en ook ontmoedigd geraken door de situatie in de land- en tuinbouw".
Dat blijkt uit de investeringsbereidheid die dit jaar vooral op lange termijn een sterke terugval kent. Vorig jaar leefde de landbouwsector nog in de hoop dat de financieel-economische crisis van korte duur zou zijn en werd de terugval vooral gemeten in de investeringsplannen op korte termijn. In 2010 zegt 34 procent van de Vlaamse landbouwers investeringsplannen te hebben op lange termijn, wat een daling is van 6 procent ten opzichte van 2009.
De verdere daling van de verkoopsprijzen zorgt voor financiële problemen op veel bedrijven, maar hun aantal ligt wel iets lager dan in 2009. Eén op vier Vlaamse landbouwers heeft af te rekenen met financiële moeilijkheden, in Wallonië zelfs 45 procent van de landbouwers. Om het hoofd te bieden aan de financiële problemen hebben landbouwers in de eerste plaats de eigen financiële reserves gebruikt, alvorens te bezuinigen op privé-uitgaven, investeringen uit te stellen en de productiekosten proberen te verminderen.
Opvallend is ook dat, waar in 2009 landbouwers eerder uitstel van betaling vroegen bij leveranciers dan bij de bank een bijkomend krediet te onderhandelen, nu de omgekeerde trend zichtbaar is. Dit wijst er op dat ook leveranciers strikter zijn geworden in hun financiële opvolging ten gevolge van de economische crisis.
Het Landbouwkrediet meent dat de grootste uitdaging voor de sector is te leren leven met de toenemende volatiliteit van de prijzen en te trachten de gevolgen van deze fluctuaties op het inkomen te beperken. De bank wijst op twee evoluties: enerzijds zijn er bedrijven die door een verdere specialisatie de productiekosten proberen te verlagen, anderzijds zijn er bedrijven die door verbreding naar andere activiteiten het inkomensrisico proberen te spreiden.
"De volatiliteit van de prijzen zal blijven, maar ik zie wel signalen die mij sterken in de gedachte dat de situatie zal verbeteren en de vertrouwensindex van 2011 blijk zal geven van een groter vertrouwen in de toekomst", besloot Versele.
De volledige Landbouwvertrouwensindex voor 2010 is te vinden op de website van het Landbouwkrediet.