Hongersnood in Oekraïne erkend als misdaad
nieuwsIn 1922 ging Oekraïne deel uitmaken van de toenmalige Sovjetunie. Hoewel het land dankzij de vruchtbare grond en het gunstige klimaat één van de belangrijkste graanschuren van Europa is, zagen de communisten brood in een industrialisering van dit gebied. De prijzen van landbouwproducten werden verlaagd om de boeren ertoe aan te zetten om in fabrieken te gaan werken. Bovendien werd de collectivisering van de landbouwsector opgelegd.
In de praktijk betekende dit de oprichting van grote staatsboerderijen en de opheffing van alle vormen van particuliere eigendom. Grond en andere productiemiddelen waren voortaan staatseigendom. De Oekraïense boeren, die van oudsher individualistisch ingesteld zijn, wilden zich niet zonder slag of stoot neerleggen bij deze radicale ommezwaai. Daarop besloot Stalin om de volledige klasse van welgestelde boeren te vernietigen. In het begin van de jaren dertig werden naar schatting 850.000 boeren uit Oekraïne naar Siberië gestuurd en daar zonder dak of voedsel aan hun lot overgelaten.
In 1932 leverde Oekraïne een derde van de graanvoorraad in de Sovjetunie, maar niettemin begon de staat de volledige landbouwproductie op te eisen op basis van het voorwendsel dat de afgesproken productieplannen niet nageleefd werden. Niet alleen graan, maar ook groenten en alles wat eetbaar was, werd weggehaald uit Oekraïne. De voedselvoorraden van de lokale bevolking raakten helemaal uitgeput omdat handel op het platteland niet toegestaan was en arbeid mocht niet in natura vergoed worden met levensmiddelen. Wie zich bezondigde aan deze regels, kreeg tien jaar cel of werd doodgeschoten. Op het hoogtepunt van de ramp stierven 25.000 Oekraïeners per dag als gevolg van de kunstmatig gecreëerde hongersnood.(KS)