Herstructurering zet zich door in Duitse landbouw
nieuwsDe gemiddelde perceelsgrootte per bedrijf is van 36 ha in 1999 gestegen tot 43 ha in 2005. In West-Duitsland telt een landbouwbedrijf gemiddeld 31 ha, in Oost-Duitsland bleef de teeltoppervlakte nagenoeg constant op 188 ha. De biologische landbouw heeft in deze periode flink terrein gewonnen. In 2005 boerden ongeveer 13.700 landbouwbedrijven volgens de principes van de biologische teeltfederatie, 4.000 meer dan in 1999. Het biologisch areaal groeide met 60 procent tot 784.000 ha, wat 4,6 procent van het totale landbouwareaal inhoudt.
In de akkerbouw blijft tarwe het meest populair met 3,2 miljoen ha, gevolgd door gerst met 2 miljoen ha. Volgens Dirk Bergen, Landbouwraad van de Vlaamse Gemeenschap, is het belang van de tarwe in vergelijking met enkele jaren geleden merkelijk toegenomen ten koste van gerste, rogge en haver. Aardappelen worden geteeld op 276.000 ha, waarvan de helft in Niedersachsen. Steeds meer aardappelen zijn bestemd voor de industrie, waar ze dienen voor kant-en-klaarmaaltijden en de winning van zetmeel.
De groenteteelt is het voorbije decennium gegroeid met 17,7 procent tot ruim 106.000 ha. Belangrijkste groentesoorten in 2005 waren de verschillende koolsoorten, asperge, sla, wortelen en uien. Ook de varkensstapel zit fors in de lift. Die is in vergelijking met 1995 met 13 procent gegroeid. De sterkste groeier is de pluimveehouderij. In Duitsland worden 54,6 miljoen vleeskippen en 36,2 miljoen legkippen gehouden. Nog 77 procent van die legkippen zit in klassieke legbatterijen.