Europese biobrandstofindustrie bijt van zich af

De Europese biobrandstofindustrie pikt het niet dat bio-ethanol de schuld krijgt van de wereldwijde prijsstijging van landbouwgrondstoffen voor voedsel. "Een zorgvuldige analyse van de grondstoffenmarkten laat een zeer complexe situatie zien die niet te vatten is in de simpele tegenstelling voedsel versus brandstof", zegt ePURE, de Europese sectorfederatie van de bio-ethanolproducenten.

ePURE betreurt dat belangrijke feiten in het debat over biobrandstoffen genegeerd worden "want dat schaadt het vertrouwen van de burger hoewel Europese bio-ethanol duurzaam geproduceerd wordt". De bio-ethanolindustrie is in Europa niet afhankelijk van één gewas zoals in de VS (korrelmaïs) en maakt ook gebruik van grondstoffen die niet voor voedseldoeleinden geschikt zijn.

Biobrandstoffen hebben naar verluidt veel meer positieve dan negatieve effecten op landbouw- en voedselproductie. "Dankzij biobrandstoffen verhoogt het landbouwinkomen, wordt er meer geïnvesteerd in de landbouwsector en zijn er belangrijke bijproducten beschikbaar voor veevoeder", verklaart ePURE.

Rob Vierhout, secretaris-generaal van de sectorfederatie, minimaliseert het aandeel granen dat wereldwijd voor de productie van biobrandstof wordt gebruikt. "Europa produceert voldoende graan om zowel in de vraag naar voedsel als brandstof te voorzien", aldus Vierhout.

Beleidsmakers die werkelijk iets willen doen aan de prijsvolatiliteit van landbouwgrondstoffen krijgen het advies om niet biobrandstoffen de schuld te geven, maar de fundamentele oorzaken aan te pakken. Dat zijn volgens ePURE de volatiliteit van de olieprijs, speculatie op de landbouwgrondstoffenmarkten en toenemende voedselverspilling.

Meer info: Fact sheet bio-ethanolindustrie