nieuws

Decretale regeling voor tuinaanlegbedrijven op komst

nieuws
De jongste jaren werd vastgesteld dat er problemen rijzen met stedenbouwkundige vergunningen voor tuinaanlegbedrijven in agrarisch gebied. Een omzendbrief die begin vorig jaar door minister van Ruimtelijke Ordening Dirk Van Mechelen in het vooruitzicht werd gesteld, bleef uit. Daarom heeft Vlaams volksvertegenwoordiger Jos De Meyer (CD&V) de minister opnieuw om uitleg gevraagd. Die stelt dat een decreetswijziging vanaf 1 januari 2009 de nodige rechtszekerheid zal bieden.
8 juli 2008  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:43
De jongste jaren werd vastgesteld dat er problemen rijzen met stedenbouwkundige vergunningen voor tuinaanlegbedrijven in agrarisch gebied. Een omzendbrief die begin vorig jaar door minister van Ruimtelijke Ordening Dirk Van Mechelen in het vooruitzicht werd gesteld, bleef uit. Daarom heeft Vlaams volksvertegenwoordiger Jos De Meyer (CD&V) de minister opnieuw om uitleg gevraagd. Die stelt dat een decreetswijziging vanaf 1 januari 2009 de nodige rechtszekerheid zal bieden.

De vestiging van een tuinaanlegbedrijf met meer dan een halve hectare plantgoed in een bestaande bedrijfszetel wordt volgens de recent goedgekeurde typevoorschriften voor ruimtelijke uitvoeringsplannen zone-eigen. Uitbreidingen, bijvoorbeeld de bouw van een nieuwe loods, worden in de toekomst dus mogelijk. Dat is een belangrijk verschil met de oude voorschriften voor de gewestplannen, die dit soort vestigingen nog als zonevreemd catalogeerden.

Tuinaanlegbedrijven met minder dan een halve hectare aanplant kunnen - afhankelijk van het RUP in kwestie - voortaan vallen onder vergunbare zonevreemde functiewijzigingen in agrarisch gebied. In dat geval kunnen bestaande agrarische gebouwen hergebruikt worden door tuinaanlegbedrijven. "Ook dit is een verbetering, want in de oude gewestplannen waren bedrijven met als hoofdactiviteit grondwerken of terrasaanleg onvergunbaar", zegt De Meyer.

De piste om deze nieuwe bepalingen middels een omzendbrief te regelen, werd verlaten om juridische bestwistingen te voorkomen. Volgens Van Mechelen bestond het gevaar dat de interpretatie van de typevoorschriften beschouwd zou kunnen worden als bijkomende normering. Vandaar de optie om deze problematiek, net zoals die van windmolens in agrarisch gebied, te regelen met een decreetswijziging.

De Meyer dringt er bij Van Mechelen op aan de interpretatie die binnenkort wettelijk wordt verankerd zo ruim mogelijk bekend te maken bij de diensten voor ruimtelijke ordening. "Ik stel immers vast dat nog heel wat administraties op verschillende niveaus en van diverste steden en gemeenten soms interpretaties hanteren waarvan ik betwijfel of ze correct zijn", aldus de volksvertegenwoordiger.(KS)

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek