Breed front tegen free trade-discours in WTO

De landbouwonderhandelingen - die plaatsgrijpen in het kader van de zogenaamde Doha-ontwikkelingsronde - moeten producten uit de Derde Wereld in de toekomst betere kansen bieden op de wereldmarkt. Een deeloplossing bestaat erin dat de VS en de EU hun exportsubsidies terugschroeven om te voorkomen dat de boeren in derdewereldlanden verstikken onder de invoer van goedkope gronstoffen uit het Noorden. De Belgische boeren en hun collega's in het Zuiden vrezen echter dat de WTO ook tariefmuren wil slopen.

In ieder land van de wereld stelt de bevolking hoge verwachtingen in zijn landbouw. Die moet zorgen voor voedselzekerheid, voor het milieu en voor sociaal evenwicht. "Maar de volatiele en chronisch lage prijzen van de falende wereldmarkten houden helemaal geen rekening met het brede verwachtingspatroon van een samenleving", zegt UCL-professor Jean-François Sneessens. "Het export-discours in de WTO wordt soms schaamteloos aangewend in het voordeel van grote bedrijven. Zelfs wanneer er intern nog hongersnood heerst of er moeilijk toegang is tot natuurlijke hulpbronnen, zoals in Brazilië".

Zij aan zij pleiten boerenorganisaties en NGO's voor een landbouwbeleid dat gebaseerd is op marktregulering, dankzij onder meer douaneprotectie en aanbodbeheersing. Dit druist in tegen de "wereldvreemde" standpunten van de WTO, maar het is de dure les die moet getrokken worden uit de voorbije decennia: de landbouw, en zeker de zelfvoorzieningslandbouw in ontwikkelingslanden, is te kwetsbaar om aan de vrije markt over te laten. Dat is het besluit van de gezamenlijke persmededeling van de boerenorganisaties, met de steun van Broederlijk Delen, Oxfam en Collectif Stratégie Alimentaire. Op 4 september mogen deze organisaties hun standpunt uit de doeken doen bij federaal landbouwminister Sabine Laruelle.

Lees ook: 21/8/03: "Arme boeren hebben recht op protectionisme" 21/8/03: Boerenorganisaties pleiten voor eerlijke handel