Vlaanderen mikt op 13 procent groene stroom tegen 2020

Tegen 2020 moet het aandeel groene stroom in Vlaanderen 13 procent bedragen. Dat heeft de Vlaamse regering vrijdag beslist. Opvallend is dat wie zelf groene stroom opwekt met zonnepanelen, daarvoor vanaf 2010 wel stelselmatig minder steun zal krijgen. Nu krijgt men daarvoor nog 450 euro/MWh. Tegen 2020 zakt dat naar 10 euro/MWh.

De Europese Unie legt aan België op om tegen 2020 13 procent van haar elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen zoals zon, wind, water en biomassa te halen. De Vlaamse regering neemt dat streefcijfer over en mikt op 13 procent groene stroom tegen 2020. Nu bedraagt het aandeel groene stroom 5,25 procent.

Tegen 2015 moet dat aandeel stijgen tot 10,5 procent en tegen 2020 tot 13 procent. "Op amper tien jaar tijd zal het aandeel groene stroom meer dan verdubbelen", aldus Vlaams minister van Leefmilieu Hilde Crevits. Samen met de doelstellingen worden ook de steunmaatregelen vastgelegd voor bedrijven en gezinnen die in groene stroom willen investeren.

Wie groene stroom opwekt, krijgt daarvoor steun via groenestroomcertificaten. Die certificaten kunnen verhandeld worden op de markt of ingewisseld bij de netbeheerder. Dat systeem wordt nu bijgestuurd en verankerd tot 2020. Opvallend is dat wie groene stroom opwekt met zonnepanelen, daarvoor vanaf 2010 wel stelselmatig minder steun zal krijgen. Nu krijgt men daarvoor nog 450 euro/MWh gedurende 20 jaar. In 2010 zakt dat naar 350 euro/MWh en in 2020 gaat het nog maar om 10 euro/MWh.

De stelselmatige daling van de steun heeft volgens minister Crevits te maken met de dalende meerkost van het opwekken van groene stroom via zonnepanelen. Zo is de kost voor de installatie van zonnepanelen de voorbije jaren sterk gedaald, met name van 8.000 naar minder dan 6.000 euro per kilowatpiek (kWp)). Tegelijk is ook de prijs van aardolie en aardgas gestegen waardoor de meerkost van groene stroom kleiner is geworden.

Omgekeerd neemt de steun aan gezinnen en bedrijven wel toe als de meerkost verhoogt. Zo stijgt de steun voor groene stroom via biomassa en wind van 80 naar 90 euro/MWh (gedurende 10 jaar). Voor wie zijn investeringen al gedaan heeft of dit jaar nog doet, blijven de huidig geldende steunbedragen geldig. Wie dus dit jaar zonnepanelen op zijn dak legt, krijgt nog wel 20 jaar 450 euro/MWh. De aangepaste steunbedragen gaan pas in vanaf 2010.

Nog een nieuwigheid is dat er geen steun meer wordt gegeven voor zonnepanelen indien het dak niet geïsoleerd is. Er wordt ook gesleuteld aan enkele randvoorwaarden. Zo zal voor het bijstoken van biomassa in steenkoolcentrales in de toekomst slechts de helft van de gegenereerde certificaten nog in aanmerking genomen worden.

Dat komt omdat de meerkost laag is (zo'n 40 euro/MWh) en de marktwaarde voor het certificaat betrekkelijk hoog (105 euro/MWh). Zo strijken de steenkoolcentrales met de bijstook van biomassa makkelijk aanzienlijke winsten op. Om aan de groenestroomverplichting te voldoen, zullen de steenkoolcentrales voortaan dubbel zoveel certificaten moeten voorleggen.

Tot slot worden de kosten die de netbeheerders maken voor het opkopen van certificaten gesolidariseerd over alle netbeheerders. Nu betalen mensen in gebieden met veel groene stroom meer voor elektriciteit dan in streken met weinig groene stroom. "Met de nieuwe regelgeving zullen alle Vlamingen evenredig bijdragen tot de ontwikkeling van groene stroom", luidt het.