Roséwijn zet opmars voort

De tijd dat roséwijn niet als een volwaardige wijn werd aangezien en net goed genoeg werd bevonden om te drinken bij een pizza met vrienden, is definitief voorbij. Roséwijn is vandaag helemaal in, bewijzen nieuwe cijfers uit Frankrijk. Van alle wijn die onze zuiderburen drinken is liefst 21 procent rosé. In 1998 was dat maar 8 procent. Eerder raakten ook al gelijkaardige cijfers bekend voor Nederland. Daar steeg het aandeel in de wijnconsumptie in tien jaar tijd van 6 naar 15 procent. In België zijn de roséwijnen bezig aan eenzelfde opmars.

Dat de Fransen hun vooroordelen tegenover rosé hebben laten varen en zelfs meer roséwijn zijn gaan drinken dan witte wijn, heeft een aantal redenen, stipt een specialist aan. "De kwaliteit van de wijnen is er erg op vooruitgegaan. Maar ook de smaak van de consument is veranderd. Er is steeds meer vraag naar lichte wijnen".

Terwijl rood vooral bij het eten wordt gedronken, is rosé vooral populair als aperitief en op feesten. Mensen grijpen doorgaans vooral naar rosé in de lente- en de zomermaanden, al lijkt de consumptie zich stilaan te spreiden over het hele jaar. De stijgende populariteit maakt dat zelfs in de traditionele wijnregio's als Bordeaux en Bourgogne meer en meer rosé wordt gemaakt.(MP)