nieuws

"Publiek is de baas van de Floraliën"

nieuws
"Ik ben het kind van een notarissenfamilie. Pa en ma vonden het maar niks dat ik me in de bloemensector gooide. Maar mijn tweelingbroer en ik geloofden in onze toekomst. Bij de Floraliën vond ik achteraf mijn ware roeping. Dat ik dit jubileumjaar van '200 jaar Floraliën' kan beleven, is een godsgeschenk". De 68-jarige secretaris-generaal Roland De Wulf geniet van elk moment. In september volgt het hoogtepunt met een historische praalstoet. "We zijn er bijna zeker van dat de koninklijke garde komt. Die komt maar zelden buiten".
28 april 2008  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:03
"Ik ben het kind van een notarissenfamilie. Pa en ma vonden het maar niks dat ik me in de bloemensector gooide. Maar mijn tweelingbroer en ik geloofden in onze toekomst. Bij de Floraliën vond ik achteraf mijn ware roeping. Dat ik dit jubileumjaar van '200 jaar Floraliën' kan beleven, is een godsgeschenk". De 68-jarige secretaris-generaal Roland De Wulf geniet van elk moment.

In zijn kantoor aan de Kortrijksesteenweg staat een orchidee op zijn bureau. "Een sukkelaarke uit mijn serre, dat hier nog mooie dagen beleeft", lacht hij. Dezer dagen loopt in het Pand de tentoonstelling over Schatten en Archieven van 200 jaar Gentse Floraliën. "Deze tentoonstelling is het moeilijkste kindje van ons jubileumjaar. Je moet ze met een gids bezoeken, vind ik. Maar tot mijn vreugde komt er veel volk op af".

Hoe Gents is Roland De Wulf? Roland De Wulf: Ik ben van Oostakker, en zeker geen bloemistenkind. Mijn familie was een familie van notarissen. Vader was notaris, zijn twee broers ook, ik heb een nicht en een neef die notaris zijn. Maar bij de scouts werd mijn interesse gewekt voor de natuur. In die mate dat ik op een dag besliste om bloemen te gaan kweken. Echt tevreden waren mijn ouders daar niet mee, maar mijn tweelingbroer en ik deden onze zin. We startten een bedrijf op en stortten ons in de sector.

De scout werd een handelaar... Dat klopt. Bloemen kweken is ook handel drijven en zo kwam ik in contact met heel Europa, en later met heel de wereld. Twintig jaar geleden vroegen ze mij om voor de Floraliën te komen werken, iets wat ik met plezier deed. Ook al was ik aanvankelijk assistent van mijn voorganger, die niets uit handen wilde geven. Dat heeft toen geleid tot een generatieconflict. Maar let op, de functie van secretaris-generaal is een erepost. Ik heb wel een vergoeding, maar geen honorarium.

Je kwam naar de Floraliën op het moment dat de organisatie plots moest gaan betalen voor de huur van de zalen. Dat was even schrikken. Toen de Floraliën wegtrokken uit het Casino aan de Gentse Coupure, beloofde de stad ons dat we gratis gebruik zouden mogen maken van het nieuwe Casino, het huidige ICC. Maar plots werden de hallen van Flanders Expo opgetrokken en wijlen Gaston Geens eiste dat de Floraliën naar Flanders Expo verhuisden. Wat bleek? Wij moesten daar betalen. Per dag en per uur. Dat kostte ons in 1995 plots 25 miljoen oude Belgische franken. De stad Gent trok zijn staart in en vertelde hoeveel men zelf betaalde aan kosten voor elektriciteit, brandweer, politie, bewaking. We hebben toen Paul Vandenbosch aangetrokken, om contacten te zoeken met bedrijven. We hebben nu nocturnes, loges, enzovoort. We moesten mee met onze tijd hé.

De voorbereiding van de Floraliën begint enkele jaren op voorhand? Jongen toch. De mensen beseffen dat niet. We zijn nu bijvoorbeeld al op verschillende plekken in het land rozen aan het inpotten. Elke paar maanden bekijken we de resultaten. Zijn ze niet te lang? Welke kleur hebben ze? Hebben ze meer warmte nodig, of meer licht? Let op, al de bloemisten doen dat nog altijd gratis hé, al hebben ze het niet gemakkelijk in de sector. Ik ben nu aan het bellen voor een reusachtige volière tijdens de Floraliën 2010. We zijn naar het Lago Maggiore geweest in Italië om er 15 gelijke bomen aan te kopen, die we hier in 2010 in een vijver willen neerzetten. Die bomen werden gemerkt, zodat we over twee jaar de juist exemplaren meekrijgen hé.

Het is een publiek geheim dat de inrichters van de Floraliën nauwe banden hebben met het koningshuis. Natuurlijk. Zelf zijn we overigens ouder dan België. Willem Van Oranje steunde onze vereniging. De Belgische koninklijke familie is telkens weer de tentoonstelling komen openen. Alleen in 2000 liet koning Albert verstek gaan, met hartproblemen. Filip en Mathilde kwamen toen de Floraliën openen. Onze royals komen ook regelmatig incognito naar de Floraliën, met hoge gasten soms. Och ja, hoe zijn de bloemisten ontstaan... dat waren de hoveniers van de edellieden hé. Bij de eerste Floraliën in 1809 waren zelfs nog geen treinen. Toen reden edellieden een week te paard met een paar exotische planten onder hun arm. Die planten werden dan voor heel erg veel geld onder elkaar verkocht. Die mensen waren verweven met de koninklijke kringen natuurlijk. De band is altijd blijven bestaan.

De Floraliën draaien voor een groot stuk om passie. Onze internationale jury bestaat uit 250 man, experts uit heel de wereld. Van Brazilië tot de Filipijnen. Weet je dat die experts naar hier vliegen op eigen kosten? Dat ze zelf hun hotel betalen? En dat ze moeten gevraagd worden? Al die kenners vinden het een eer om in onze jury te mogen zetelen. Dat zegt toch wel iets over het belang van onze roeping.

Hebben de Floraliën genoeg aantrekkingskracht op de jeugd? Daar werken we nu aan. We missen de jeugd van 16 tot 26 jaar. Weet je dat we tegen de Floraliën 2015 de 22 tuinbouwscholen willen laten meedoen aan de tentoonstelling? We kijken hoe we de andere scholen meer kunnen betrekken. En hoe we sommige leerkrachten kunnen motiveren om een werkdag te doorstaan die langer is dan de normale dag. Met een leraar uit Hasselt die om 17 uur wil thuis zijn, kan je geen schooluitstap organiseren hé. Maar kom, de laatste Floraliën lokten gemiddeld 3.200 bezoekers per uur. Dankzij het internet komen er nu ook weer meer buitenlanders. Elke editie maken we trouwens een boek waarin onze fouten staan. Wat goed is, weet je rap genoeg, maar het is vanuit de fouten dat we moeten leren. Het publiek is de baas van de Floraliën, dat mogen we niet vergeten. We moeten inspelen op de opmerkingen van elke bezoeker.

Zijn jullie vertegenwoordigd in het buitenland? Ik vertrek deze week naar een grote tentoonstelling in Boedapest. Er zijn al drie trailers weg met bloemen en planten. Wij willen daar de grootste stand hebben, én de mooiste. Het moet een ware publiciteit worden voor de export van onze bloemen, en voor de Floraliën. Met minder dan een gouden medaille zijn wij nooit content op zo'n beurs. In feite weten de mensen te weinig wat wij in die vijf jaren tussen twee Floraliën door allemaal doen. We steunen wetenschappelijke projecten, zoals het invriezen van planten die bedreigd zijn, we organiseren studiedagen, het Belgisch kampioenschap bloemschikken, enzovoort.

In september is er de historische praalstoet naar aanleiding van 200 jaar Floraliën. Het begin van een lange traditie? Dat zou kunnen. Burgemeester Termont is gek van grote stoeten en is vragende partij om vanaf nu elke vijf jaar zo'n stoet te organiseren. Wij zeggen niet neen. Maar laat ons eerst deze stoet organiseren. Ik hoor dat al de helft van de 11.000 zitplaatsen zijn verkocht. En we zijn er bijna zeker van dat de koninklijke garde komt. Dat zijn 60 militairen te paard, die nooit buitenkomen, alleen als de vorst en de vorstin in die stad aanwezig zijn. Ze zouden nu meerijden in onze stoet. Misschien hé, alleen de minister van Binnenlandse Zaken moet nog zijn goedkeuring geven. Geef toe, het zou uniek zijn, voor een unieke stoet in een unieke stad. Zo zorgen de Floraliën altijd weer voor groot nieuws.(KS)

Lees ook: geVILT: Adrien Saverwyns (Departement Landbouw en Visserij): "Sierteelt op gevaarlijk kruispunt"

Bron: Het Nieuwsblad

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek