Peruaanse boeren wantrouwen vrijhandelsakkoord

Duizenden Peruaanse landbouwers en veehouders zijn maandag een staking begonnen. Ze hebben betoogd en eisen dat de Peruaanse regering de onderhandelingen met de Verenigde Staten over een vrijhandelsverdrag heroriënteert. "De besprekingen schenken alleen aandacht aan de drie procent boeren die erin slagen te exporteren", verklaarde Luis Zuniga, de voorzitter van de nationale landbouwkoepel Conveagro.

Conveagro had tot deze manifestaties opgeroepen. Het enige dat Peru heeft verkregen is "de uitvoer van kropsla naar de VS, terwijl de regering meer dan 50 pct van de Peruaanse gerst-, tarwe-, maïs-, olie- en rijstmarkt heeft afgestaan ten voordele van (Amerikaanse) producten die zonder douanerechten het land zouden binnenkomen. Producten die gesubsidieerd worden", legde Zuniga uit. Bovendien zijn de kleine boeren voor hun rendement sterk afhankelijk van de klassieke landbouwteelten omdat ze die sowieso moeten telen voor hun zelfonderhoud.

Conveagro hergroepeert syndicaten die 1,7 miljoen families, die van de landbouw leven, vertegenwoordigen. De voorzitter van de nationale unie van veehouders, Fernando Bravo, benadrukte van zijn kant dat de Peruaanse veeteeltsector door een vrijhandelsverdrag met de VS in gevaar zou komen. De producten uit Amerika zouden door hun lage prijs oneerlijke concurrentie veroorzaken.

De Peruaanse minister van Landbouw Manuel Manrique ziet een constructief landbouwoverleg met de kleine boeren uit de Andes en het Amazonewoud niet zitten. Volgens hem schuilen er politieke belangen achter deze manifestaties. Binnen tien maanden vinden er presidents- en parlementsverkiezingen plaats. Peru, Ecuador en Colombia onderhandelen sinds mei 2004 over een vrijhandelsverdrag met de Verenigde Staten.

Lees ook: geVILT: Kleine Andesboeren hebben buik vol van vrijhandel