Onderzoek noemt geurhinder Rendac onaanvaardbaar
nieuwsVolgens nieuw geuronderzoek zorgt kadaververwerkend bedrijf Rendac voor heel wat overlast in Denderleeuw en Affligem. “Zelfs in de beste omstandigheden is het onwaarschijnlijk dat de hinder ooit daalt tot een aanvaardbaar niveau”, concludeert de Vlaamse Instelling voor Technologisch onderzoek (VITO) dat in opdracht van de Vlaamse Milieu-inspectie een onderzoek uitvoerde.
Uit het onderzoek blijkt dat 40 tot 60 procent van de inwoners in een straal van één kilometer rond het bedrijf – goed voor 1.200 gezinnen – zich gehinderd voelt door de stank. Bovendien zou de geur die Rendac veroorzaakt, het ‘aanvaardbaarheidscriterium’ in meer dan 60 straten van Denderleeuw en Teralfene, een deelgemeente van Affligem, overschrijden. “Rendac slaagt er weliswaar in om 99 procent van de stank te neutraliseren, maar die resterende één procent stinkt veel te erg voor woonzones”, stellen de onderzoekers.
Hoewel er nog stankverminderende maatregelen mogelijk zijn, achten ze het weinig waarschijnlijk dat de hinder ooit tot een aanvaardbaar niveau voor een woonomgeving daalt. “Zelfs in de best denkbare omstandigheden, als Rendac alle aanbevelingen uit het onderzoek uitvoert, blijft het aanvaardbaarheidscriterium overschreden tot één kilometer ver”, luidt het.
Wacostad, het waakcomité dat al jaren de geurhinder van Rendac aanklaagt, is blij met het resultaat van het onderzoek. “Het is fictie dat de hinder voor de buurt ooit duurzaam zal dalen tot een aanvaardbaar niveau. Zolang Rendac kadavers vernietigt in Denderleeuw, zullen buurtbewoners lijden onder abnormale geuroverlast omdat het onmogelijk is om de hinder, door welke techniek ook, voldoende en blijvend te verminderen”, zegt woordvoerster Leen Steenhoudt.
Volgens haar bevestigt het onderzoek ook dat de stank walgelijk is, aversiereacties oproept en voor onvrede zorgt. “De stank belemmert gezond gedrag, zoals het verluchten van woningen en activiteiten buitenshuis. De grens van normale ‘naburige’ ongemakken is overschreden. Bovendien was de blootstelling aan de stank van Rendac de voorbije jaren nooit zo groot als in 2011”, meent Steenhoudt.
Karel Vermassen, algemeen directeur van Rendac België, noemt het een heel degelijk onderzoek. “Het aanvaardbaarheidscriterium is een nieuwe methode. Het is zeker een gefundeerde manier om stank te meten, maar het is slechts één methode”, meent hij. “'We hadden intussen, naar aanleiding van dit rapport, overleg met de milieu-inspectie en stelden nieuwe actieplannen voor. Eén daarvan, het afdekken van de biobedden, is al gebeurd. Ook van de andere plannen maken we werk, maar het gaat om zeer dure investeringen.”
Het rapport wijzigt volgens de algemeen directeur niets aan de strategie van Rendac. “Die is om altijd de best beschikbare technologie aan te wenden om de stank te beperken. Al zullen we nooit erkennen dat er altijd een beetje overlast zal blijven.”
Bron: Het Nieuwsblad