Nog geen klimaatneutrale Kipster-eieren op Belgische bodem: “Vergunnen is moeilijk”
nieuwsKipster is nog steeds op zoek naar uitbreidingsmogelijkheden in België, maar dat loopt moeizaam. Het Nederlandse pluimveebedrijf specialiseert zich in klimaatneutrale eieren met een bijzondere aandacht voor diervriendelijkheid. Kipster verkoopt sinds oktober 2024 ook in de Belgische Lidl-warenhuizen zijn producten. Deze worden geïmporteerd vanuit de Nederlandse Kipsterstallen.
Volgens mede-oprichter Ruud Zanders van Kipster vinden de eieren zeer vlot hun doorgang bij de consument. Maar aan aanbodzijde, loopt de productie stroef. In Nederland beschikt het bedrijf over vijf stallen van elk 24.000 kippen. Drie in eigen beheer, twee in samenwerking met lokale boeren. Ook in de VS zijn er drie Kipsterstallen opgetrokken. Kipster wil in Nederland opschalen naar tien boerderijen en ook in België een productielijn opstarten, maar dat blijft moeilijk.
Moeilijk vergunbaar
Zanders zoekt al even naar geschikte Belgische partners. “We hebben een paar opties bekeken, zoals in het Limburgse Peer, maar dat liep om verschillende redenen moeilijk. In Peer had men een vergunning voor koeien en kalveren, en deze vergunning omzetten naar kippen is ons niets gelukt.”
Maar het project in Peer was niet de enige mogelijke samenwerking die op moeilijkheden stootte. “Waar het telkens weer misloopt? Als je kippen meer ruimte geeft, heb je automatisch een grotere stal nodig”, zegt Zanders. “Wanneer onze kipsterstal niet binnen het bouwplan past, is het moeilijk om dit vergund te krijgen. Daarnaast beschikken veel potentiële partners over moderne stallen. Dat is eigenlijk ook niet ideaal. Het is economisch beter te verantwoorden om oude stallen te slopen voor de plaatsing van een Kipsterboerderij.”
En dus blijft Zanders op zoek in België. In Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk kent het bedrijf wel een doorbraak in de plannen. “We hopen om tegen het einde van 2025 in deze landen een Kipster op te zetten. De puzzelstukjes vallen er voorlopig beter in elkaar dan in België. Maar dat ligt niet aan België zelf. In heel Noordwest-Europa is elke uitbreidingsmogelijkheid een puzzel van 1.000 stukjes. Een vergunning verkrijgen en het vinden van een goede partner, zijn daar slechts twee van.”
Omdat de werking in een Kipsterstal heel anders is dan in een traditioneel pluimveebedrijf, zijn grote infrastructuurwerken onvermijdelijk. “We kunnen traditionele stallen niet als basis gebruiken”, zegt Zanders. “We hebben aan de hand van studies de meest diervriendelijke kippenstal ontworpen die we konden bedenken, los van de bestaande conventies. Welzijn gaat voor ons veel verder dan het aantal kippen per vierkante meter. Het gaat ook om een binnentuin, een bosrand, afleiding, en veel andere zaken die het leven van de dieren verbeteren. Ook qua fijnstof en ammoniak bevinden we ons in de laagste waarden die er zijn.”
Elke Kipsterstal met buitentuin bevat 24.000 kippen op een grondvlak van 1.200 vierkante meter. “In een traditionele stal zou men op deze ruimte een volière van twee verdiepen kunnen bouwen, en dan zou je er 100.000 kippen kunnen houden. Maar dat is niet waar wij naar streven.”
Niet bio
Nog iets waar niet naar wordt gestreefd, is het biolabel. Hoewel veel consumenten biologische producten associëren met dierenwelzijn en klimaatvriendelijkheid, zou dit voor Kipster juist contraproductief werken. "Wij willen reststromen voeren, geen hoogwaardige granen en maïs die mensen ook rechtstreeks kunnen eten", legt Zanders uit. "Het werken met biologische reststromen is nog te ingewikkeld, omdat deze niet goed worden gescheiden."
Daarnaast speelt de hoeveelheid verplichte uitloop een rol. "Bij biologisch moet je voor 24.000 dieren 10 hectare grond beschikbaar stellen, terwijl iedere kippenboer je kan vertellen dat 9 tot 9,5 hectare daarvan onbenut blijft. Dat vinden wij onzinnig, dus doen we het anders. Wij hebben een ruime binnentuin en een buitentuin. Daarmee behalen we, net als biologisch, drie sterren in het Beter Leven Keurmerk en zijn we dus minstens even diervriendelijk."
Vogelgriep
Door de uitbraak van vogelgriep wordt de buitentuin tijdelijk niet gebruikt. Zowel in Nederland als in de Verenigde Staten ondervindt Kipster de gevolgen van deze wijdverspreide dierziekte. "In Nederland is de buitentuin nu afgesloten vanwege dreigende vogelgriep," zegt Zanders. "Dat is een verplichte maatregel van de overheid. Gelukkig biedt onze grote, lichtdoorlatende binnentuin een uitkomst. Zo krijgen de kippen alsnog volop daglicht en kunnen ze vrij scharrelen. In de VS is dat precies hetzelfde. Uiteraard hopen we dat onze kippen snel weer naar buiten kunnen. Nagenoeg ieder levende wezen wil namelijk weleens lekker naar buiten kunnen."
Wit vs. bruin
Kipster streeft niet enkel naar een ‘wit’ imago, ook de eierschalen zijn zo bleek als papier. “Waarom witte eieren? Heel eenvoudig. Een wit ei van een witte kip heeft een lagere milieuvoetafdruk dan een bruin ei. Hoe dat komt? Een witte kip met witte eieren heeft een lager lichaamsgewicht. Hoewel deze dieren dezelfde hoeveelheid voer nodig hebben om een ei te produceren, hebben ze minder voer nodig voor het onderhoud van hun eigen lichaam. Minder voer betekent minder gebruik van grondstoffen, zo’n vijf procent minder.”
“Eigenlijk zou je in de supermarkt niet eens bruine eieren mogen hebben”, zegt Zanders. “Er is geen reden toe. De smaak is hetzelfde, en ze hebben een grotere voetafdruk. Maar helaas, de supermarkt volgt de consument, en de consument wil een bruin ei. Waarom? Bruine eieren worden geassocieerd met dierenwelzijn. Er leeft het idee dat bruine eieren afkomstig zijn van scharrelkippen, terwijl witte eieren afkomstig zouden zijn van legbatterijen en kooien. Vroeger was dat ook zo. Maar vandaag is dat al lang niet meer het geval. Toch blijft dat idee hardnekkig leven.”
Wat Zanders zegt, klopt. De kleur van een ei wordt niet bepaald door het welzijn van een kip. Wel door de kleur van het dier? In feite wel, maar niet zoals de meesten denken. Een kip met witte veren, legt niet noodzakelijk witte eieren. Wat het verschil maakt, is de oorlel. Een kip met witte oorlellen legt witte eieren, een kip met rode oorlellen legt er bruine. “Een witte kip met rode oorlellen heeft overigens dezelfde gedragingen en voetafdruk als een bruine kip”, zegt Zanders. “We gebruiken dus enkel witte kippen met witte eieren.”
Landbouweducatie is dus ook voor Kipster een goede zaak. Want niet enkel om de eierkleur, stoot het bedrijf nu en dan op onbegrip. “Zo verkopen we ook vlees”, zegt Zanders. “Voor sommigen is dat moeilijk te rijmen met dierenwelzijn, maar het is nu eenmaal heel simpel: als je eieren eet, draag je bij aan het doden van dieren, want dat is er nu eenmaal onlosmakelijk aan verbonden. Maar in tegenstelling tot traditionele bedrijven, waar ‘eendagshaantjes’ worden gedood, brengen wij al onze dieren groot. Ook hier ligt er dus een belangrijk verschil tussen Kipster en een traditioneel pluimveebedrijf.”
En dus zet Zanders alles in het werk om het Kipsterconcept verder uit te breiden. “Als er Belgische boeren zijn die dit artikel lezen en de mogelijkheid zien om met ons samen te werken voor een nieuwe vestiging, is men zeker welkom om ons te contacteren.”

Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: Kipster