Minaraad en SALV buigen zich over Natura 2000

De Minaraad en de SALV vragen om bij de evaluatie van de instandhoudings-doelstellingen in Natura 2000-gebieden een socio-economische toets uit te voeren en bestaande natuurgebieden maximaal te benutten om het beslag op ruimte te beperken. Anderzijds wensen ze een robuust doelenkader en voldoende waarborgen voor de lokale gunstige staat van instandhouding van soorten en habitats.

De Milieu- en natuurraad (Minaraad) en de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij (SALV) hebben advies uitgebracht over de instandhoudingsdoelstellingen in acht door de Vlaamse regering aangeduide speciale natuurbeschermingszones, van het West-Vlaams Heuvellandschap tot de Kalmthoutse Heide. In totaal zijn er 38 habitatrichtlijngebieden die samen met 24 vogelrichtlijngebieden het Natura 2000-netwerk vorm geven in Vlaanderen.

Over alle dossiers heen vormen de zogenaamde ecologische verbindingen het grootste twistpunt. Het zijn gebieden die van belang zijn voor de migratie van fauna en flora tussen de afgebakende beschermingszones. Om versnipperde Natura 2000-gebieden met elkaar te verbinden, zal andermaal landbouwgebied nodig zijn in het volgebouwde Vlaanderen.

Momenteel is onduidelijk wat het juridisch statuut van die verbindingsgebieden wordt. De adviesraden spreken zich er nu niet over uit, maar geven aan dat zij extern advies zullen inwinnen om definitief duidelijkheid te verkrijgen over de juridische verankering indien het statuut van deze verbindingen bij hun volgende adviestaak nog niet uitgeklaard is.

Wat de doelstellingen voor soorten betreft, staan landbouwsector en werkgevers enerzijds en de natuursector anderzijds, tegenover elkaar en is een oplossing niet meteen in zicht. Zo blijkt uit lokaal overleg dat er bij de landbouwsector geen draagvlak bestaat voor kwantitatieve doelstellingen voor de zwarte stern (een schaarse broedvogel, nvdr.) in natuurgebied 'Het Blak' te Beerse.

Minaraad en SALV pleiten ervoor dat er snel antwoord gegeven wordt op de vraag op welke manier het beheer in bestaande natuur- en bosgebieden zal geoptimaliseerd worden. Landbouworganisaties en landeigenaars beroepen zich immers op het principe 'de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten'. Zij verwachten van de natuurbeweging dat die de bestaande natuurgebieden optimaal beheert alvorens van andere sectoren inspanningen te verlangen voor de instandhouding van soorten en habitats.

De adviesraden onderstrepen nog dat de evaluatie van de instandhoudingsdoelstellingen moet gelijk lopen met de implementatie ervan en met de benodigde monitoring om waar nodig bijsturing toe te laten.

Meer info: Advies Minaraad & SALV over instandhoudingsdoelstellingen