Mestverwerkingsplicht teruggeschroefd tot 90 procent
nieuwsIn de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement wordt al een tijd gediscussieerd over een versoepeling van de mestverwerkingsplicht voor veebedrijven. Woensdag bereikten VLD, sp.a-Spirit en Agalev eensgezindheid over de maatregelen die de mestverwerking uit het slop kunnen halen, zo laten André Denys (VLD), Patrick Lachaert (VLD), Jacques Timmermans (sp.a), Jacky Maes (sp.a), Jos Bex (Spirit) en Johan Malcorps (Agalev) weten.
De 100 pct-verwerkingsplicht wordt afgeschaft. Afhankelijk van de hoeveelheid bedrijfsmatige mestoverschot wordt een verwerkingsplicht ingevoerd gaande van 30 pct tot 90 pct voor de grootste bedrijven. Bedrijven met een productie tussen 7,5 en 10 ton fosfaat krijgen een mestverwerkingsplicht van 30 pct (enkel in de zogenaamde zwarte gemeenten). De verwerkingsplicht bedraagt 50 pct voor een productie tussen de 10 en 12,5 ton. Tussen 12,5 en 15 ton wordt een verwerkingsplicht van 75 pct ingevoerd, voor een productie boven de 15 ton 90 pct.
Daarnaast is er voor alle bedrijven een ruime substitutiemogelijkheid voorzien. Tot 55 pct van de verwerkingsplicht kan volgens het bereikte akkoord worden ingevuld via substitutie: het ruilen van mestoverschot met bedrijven die niet-mestverwerkingsplichtig zijn.
De meerderheidspartijen willen dat de milieudoelstellingen behouden blijven. Daarom wordt de sector geresponsabiliseerd via een milieubeleidsovereenkomst (MBO). De sector zal zelf kunnen bepalen hoe ze voldoet aan de criteria van een bijkomende verwerking van 1,8 miljoen kg stikstof en 1 miljoen kg fosfaat en dat ze voldoet aan de milieuvereisten uit het mestdecreet.
Voorts werd afgesproken dat er een certificering komt van de mestverwerkingsinstallaties. Momenteel zijn er immers vele verschillende technieken en systemen. Potentiële investeerders moeten zich nu zelfstandig informeren en voor elke installatie tests en controles laten uitvoeren. Door de invoer van certificaten moet dat veranderen.
Een ander onderdeel van het akkoord gaat erover dat bedrijven tijdelijk de mogelijkheid krijgen van uitstel voor betaling van de superheffing als ze tegelijkertijd investeren in een mestverwerkingsinstallatie. Bedrijven met de nodige vergunningen voor de bouw van zo'n installatie kunnen gedurende twee jaar uitstel krijgen. Het uitstel wordt afstel als er meer verwerkt wordt dan de mestverwerkingsplicht. Die regeling geldt met terugwerkende kracht vanaf het productiejaar 2001, aldus André Denys (VLD).
Denys reageerde donderdag zeer tevreden op het compromis over de mestverwerking. De beide basisprincipes van mijn oorspronkelijk voorstel zijn behouden, aldus Denys. Het gaat om het meer betaalbaar maken van mestverwerking en de garantie dat een lagere mestverwerkingsplicht niet leidt tot het afzwakken van de milieudoelstellingen. De MBO zorgt ervoor dat dit laatste soepel kan. Denys wijst er ook op dat er een aanzienlijke vereenvoudiging wordt doorgevoerd door de verplichting van lange afstandstransporten van "zwarte" naar "witte" gemeenten af te schaffen.
Minder enthousiast reageert CD&V. De partij spreekt van een lauw akkoord over de afschaffing van de 100 pct-mestverwerkingsplicht. Ze meent dat Denys zwaar door de knieën is gegaan voor de coalitiepartners en zelfs voor de eigen VLD-fractie. CD&V is wel tevreden dat de 100 pct-mestverwerkingsplicht wordt afgeschaft , maar heeft twee fundamentele bezwaren. De partij betreurt dat de mestverwerkingsplicht niet werd verlaagd tot 75 pct, maar tot 90 pct. CD&V gaat ook niet akkoord met de "afzwakking" van de substitutieregeling, "die wordt bedolven onder bijkomende regeltjes en na drie jaar vervalt". "Het mestdecreet blijft stinken", aldus de partij.
Bron: Belga